Eindeloos goed
zijt Gij, Heer,
eindeloos geduldig,
een en al verwachting
naar mijn antwoord op uw Liefde.
Niet wat allemaal fout loopt
is mijn grootste zonde,
maar dat het mij zo moeilijk lukt
om los te komen van mezelf.
Dat is pas zonde,
al mijn berekening,
al mijn afwijzing van mensen
en van U.
Inspireer mij, Heer,
moedig mij aan
dat ik – net als Jezus –
graag kan zien,
ook wie niet in ’t rijtje past.
Onthecht mij van mezelf
om mij altijd weer naar U te keren
en voluit mens te worden,
steeds opnieuw,
gegeven aan uw mensen.
Uit het boek Onderweg van Wies Merckx