woensdag 29 mei 2019

In de naam van de Vader, met Luc Van Looy: Geest van God

Maria en de Geest. Onafscheidelijk verbonden. Maria is leek, de eerste uitverkorene door God, heel haar leven vervuld van de Geest en aanwezig bij de leerlingen wanneer de Geest, in vurige tongen, over hen kwam.

De Geest heeft een ongelooflijke creativiteit. Hij kan niet alleen voor de leerlingen deuren en vensters open doen, Hij opent de Kerk voor de wereld, voor de armen, de noodlijdenden. We zien dat de leerlingen, zoals Jezus, aandacht hebben voor de kreupelen, de bedelaars langs de straat.

De Geest dringt door tot in de meest interne en geheime sfeer van elke mens. Hij is de Geest van de God die liefde heet. De plaats van de liefde is het hart van elke mens. Door ons doopsel en vormsel is Hij binnengedrongen in die intieme sfeer van ons bestaan. Onze bekwaamheid tot goedheid, dienstbaarheid, vergeving en liefde danken we aan zijn operatieve aanwezigheid. De Geest kon niet dulden dat de leerlingen passief en bang in het Cenakel zaten. De tegenstelling tegenover de Geest is niet het vlees, maar wel inertie, passiviteit. Een passieve christen gaat in tegen de Geest die hem of haar geschonken is. De Geest brengt leven, vitaliteit, moed. In feite zou elke christen bij elke beslissing in het leven om raad moeten vragen aan de Geest. Dat is wat paus Franciscus benadrukt wanneer hij spreekt over discernment, onderscheiding. Het komt erop aan bewust te zijn dat we niet alleen handelen, niet alleen leven, maar dat de Geest in ons leeft, denkt, dialogeert, beslist, handelt. De leerlingen werden ‘gedreven door de Geest’. Cornelius, een heiden, werd overweldigd door de Geest, hij en zijn familie.

Vrienden, het is voor ons niet voldoende ‘gedoopt te zijn door die of die’, voor ons telt het doopsel van de Geest, gezalfd met het heilig chrisma, geïntegreerd in de gemeenschap van gelovigen. Herinner u, in de Handelingen van de Apostelen wilde Simon de kracht van de Geest afkopen van de apostelen. Zo werkt dat niet! Het mandaat om in de naam van God op te treden komt van zijn Geest.

Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)

woensdag 22 mei 2019

In de naam van de Vader, met Luc Van Looy: Nu is het de gunstige tijd

De overtuiging van Paulus dat het voor de christenen in Korinte de gunstige tijd was, spoort mij aan om te zeggen dat het ook nu de gunstige tijd is om jonge mensen duidelijk uit te nodigen te opteren voor Christus en het evangelie. Dit doen we omdat we overtuigd zijn dat God blijft roepen. Jonge mensen zelf stellen vandaag de vraag naar spiritualiteit en naar geloofsbegeleiding. Ze zoeken naar de bron van het bestaan en stellen vragen over de inhoud van het geloof. Ze doen denken aan die eerste leerlingen van Jezus die trachtten te begrijpen wie Jezus was. De Geest heeft hen geopenbaard dat ze niet bevreesd moesten zijn om te vertellen wat ze van Jezus ontvangen en geleerd hadden. De leerlingen trekken er daarna opuit, persoonlijk en als gemeenschap, om te verkondigen dat het rijk van God aangebroken is.

Het voorbeeld van de eerste kerkgemeenschap verduidelijkt voor ons de dynamiek die uitgaat van een gelovige gemeenschap en van elke apostel persoonlijk. In het boek Handelingen van de Apostelen ontmoeten we Petrus die getuigt van zijn geloof. Paulus trekt de wereld rond om te verkondigen. Beiden trekken op hun beurt nieuwe geëngageerde leerlingen aan. Tevens gaat van de gemeenschap een kracht uit die mensen inspireert om zich te engageren voor Christus. ‘Dagelijks gingen ze trouw en eensgezind naar de tempel, braken bij iemand aan huis het brood, gebruikten samen hun maaltijden in blijdschap en eenvoud van hart, loofden God en stonden in de gunst bij heel het volk. De Heer breidde hun kring dagelijks uit; steeds meer mensen werden gered’ (Hand 2, 46-47).

Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)

Kandidaten voor het Vormsel in 2020

Op zondag 5 mei 2019 vierden de kandidaten van Korbeek-Dijle voor het Vormsel in 2020 hun engagement. In de woord- en communiedienst bad de voorganger als openingsgebed:

Heer Jezus,
Gij hebt uw leerlingen geroepen bij hun naam.
Ook ons roept Gij met onze naam om U te volgen.
Wij zijn vol goede wil.
Wees voor ons een wegwijzer in de grote doolhof
van de wereld. Geef ons sterkte en moed.

Matse, Torben, Jasmijn en Amaury getuigden:

Ik wil Jezus als Gids.
Ik wil Hem volgen.
Vandaag zeg ik ja
aan die opdracht in mijn leven.

woensdag 15 mei 2019

In de naam van de Vader, met Luc Van Looy: Maria en roeping

Maria is vol van de Geest. In onze roepingsgeschiedenis hebben wij een onderscheiding van de Geest gemaakt. Misschien vroeger minder uitgesproken dan nu. We moesten zien of het wel een echte roeping was. Was het de Geest die riep of waren wij aan het roepen? Bij Maria was het duidelijk, zo vertelt ons de Schrift. Van toen af leefde zij vanuit de Geest. Moeder van de Zoon van de allerhoogste. Zij was er alleen maar op uit om ‘de wil te doen van hem die haar overschaduwd had’. Maria wordt afgebeeld als degene die luistert. ‘Shema Israël’ (Hoor Israël) is het eerste gebod en ze bewaarde alles in haar hart.

Dit is voor ons essentieel geworden: luisteren naar het Woord van God en luisteren naar de mens tot wie wij ons richten. Luisteren is zo belangrijk. Zoals leren het leraar-zijn voorafgaat, zo moeten we luisteren vooraleer we kunnen spreken. Maar hoe luisteren wij? Als iemand die een boek van geschiedenis leest om het in de klas te vertellen? Maria luisterde niet zozeer om te kunnen voortvertellen, ze luisterde met haar hart naar God, naar de mensen. Daarna zien we haar in dienst van Elisabet, van de bruiloft, van de apostelen. Het was niet omdat iemand haar iets opgedragen had dat ze dienstbaar was. Haar dienstbaarheid volgde spontaan op het luisteren met haar hart. Men zegt vaak dat opvoeden een zaak is van het hart. Inderdaad, luisteren met het hart bepaalt de houding die we moeten aannemen en als gevolg de woorden die we moeten spreken.

Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)

KVLV: Meubel in krijtverf


woensdag 8 mei 2019

In de naam van de Vader, met Luc Van Looy: Bidden met Maria

Het Weesgegroet zet Jezus in het midden, bewust van de middelaarscapaciteit van Maria. De naam van Jezus uitspreken is denken aan de moeder die op aanraden van de engel die naam gegeven heeft in de tempel. ‘God redt’ zegt zij bewust omdat zij in haar taal de etymologie kende. Onze naam in het doopsel geeft ons vaak verbondenheid met heiligen, met mensen die God uitgestraald hebben en in gemeenschap met de Kerk leefden. Onze doopnaam is hoe dan ook een gebed, in eenheid met de mystieke gemeenschap van het gelovige volk, levenden en doden.

Het Mariagebed is eenvoudig, bescheiden, schroomvol.

Toch was zij erbij toen de leerlingen baden en van de aanwezigheid van de Geest hun opdracht kregen om te gaan verkondigen en vieren met de gemeenschap. We laten ons in bezit nemen om te kunnen getuigen en uit te nodigen tot gebed.

Bidden heeft twee facetten: diep in het geheim van God treden en naar hem luisteren en tevens getuige zijn van zijn liefdevolle aanwezigheid.

Bidden is zoals Maria aanwezig zijn waar de leerlingen vertrekken om te gaan getuigen op de pleinen en in de straten

Bidden is zoals Maria opmerken dat er geen wijn meer is, en tussenkomen.

Bidden is lijden samen met vele lijdende mensen.

Bidden is tevens hopen op de toekomst met de verrezen Heer, omdat bidden verder doet kijken dan het waarneembare – lijden of vreugde.

Bidden is een perspectief van rust scheppen in het leven.

Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)

woensdag 1 mei 2019

In de naam van de Vader, met Luc Van Looy: Blijf vertrouwen op Maria

Maria is de getuige dat God hartstochtelijk op zoek is naar de mensen, naar elke mens. Aan haar gaf God een belangrijke taak. Hij schakelde haar in om het verlossingswerk te realiseren en vertrouwde haar aan ons toe vanop het kruis. Ze gaf zich zo totaal dat Jezus alle vertrouwen had in haar en daarom de leerlingen, de gelovigen, de mensheid, aan haar toevertrouwde. Hij nodigt ons uit om de wereld van vandaag aan haar toe te vertrouwen.

We weten dat iemand die blijft vertrouwen op Maria geen vrees hoeft te hebben. Is dat ook zo voor de samenleving? Een volk dat op Maria vertrouwt hoeft niets te vrezen. Indien dit waar is, dan is het de aangewezen tijd om alle volkeren, de hele wereld, aan Maria toe te wijden. We leven in een wereld vol angst. We weten dat God zijn centrale plaats verloren heeft in het leven van veel mensen. We horen zo veel over misdaden, terreur, oorlog en zelfs over christenen die vervolgd worden, over martelaren omwille van het geloof. Het is de hoogste tijd dat we Maria vragen dat ze ons geëngageerde christenen stuurt: priesters, religieuzen, leken, jongeren. Het is noodzakelijk dat we onze sociale en politieke leiders op voorspraak van Maria wijzen op de boodschap van het evangelie. We voelen immers goed aan dat we niet altijd bij machte zijn om op eigen wijze de stem van God te laten horen. We hebben haar hulp nodig.

Don Bosco zag in een droom het schip van de Kerk door woelige wateren varen. Het schip werd beschoten van alle kanten. Maar het was geketend aan stevige pilaren – een met de eucharistie en een met Maria hulp der christenen – terwijl de paus de kapitein was van het schip.

Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)

Gelezen in TERTIO van 17 april 2019