woensdag 27 februari 2013

Gelezen In Tertio Van 13 Februari 2013

‘Door je hart voor anderen te openen, genezen jouw wonden’

Woorden van Jean Vanier, stichter van de Arkgemeenschap, het avontuur waarbij mensen met en zonder handicap samenleven in unieke gemeenschappen.

Noem onverwachte verwachting geen ongewenste zwangerschap’

‘Zwangere vrouwen zijn levende mirakels want ze dragen een stukje nieuwe schepping in zich’

Woorden van de Vlaamse Cristina Reymer de Alegria, verpleegster, actief in Peru waar zij vrouwen ondersteunt die onverwacht zwanger zijn.

Gebed van de week: Bekoring

Verleidelijk steekt bekoring de kop op.

In de honger naar wat ik zo verlang,

naar wat mij de ogen uitsteekt.

In de macht die subtiel zijn weg zoekt

om in uiterlijk vertoon van respect,

over mijn medemens de baas te zijn.

In de wijze waarop ik God naar mijn hand zet

en bid om dat te vragen wat mij goed uitkomt…

Listig is het spel van Satan,

de wijze waarop ik word getest.

Moeilijk om te onderscheiden

wat echt is en wat vals.

Heer,

in deze vastentijd

schenkt Gij mij de ruimte

om te ontdekken wie ik ben.

Gij confronteert mij

met de kern van de dingen,

dat wat er echt toe doet.

Inspireer mij,

hou mij vast

als ik de weg mag gaan

naar binnen

en weer naar buiten,

de weg van lijden en van verrijzen.

Leer mij kijken naar uw Zoon,

Jezus Messias,

Redder en Verlosser,

geworteld in de aarde,

verbonden met de hemel.

Eén beweging van God tot mens.

Hij steekt ons aan

om mens van God te worden.

Uit het boek Onderweg van Wies Merckx

woensdag 20 februari 2013

Gelezen In Tertio Van 6 Februari 2013

Duizend zevenhonderd jaar Edict van Milaan, 1.700 jaar godsdienstvrijheid

Uit een vraaggesprek van Jan De Volder met Pierre Trouillez

Weinigen in ons taalgebied zijn zo beslagen op het gebied van de geschiedenis van de kerk in de Oudheid als Pierre Trouillez (66). Bij 1.700 jaar Edict van Milaan gingen we hem opzoeken in Diest, waar hij meewerkend priester is in de Onze-Lieve-Vrouweparochie.

Het Edict van Milaan van 313 geldt als een mijlpaal in de kerkgeschiedenis. Terecht?

“Zeker. Maar meer nog dan de tekst zelf, was de manier waarop keizer Constantijn (280-337) ermee omging, bepalend. Het eigenlijke Edict, uitgevaardigd door de westerse keizer Constantijn en zijn oosterse ambtsgenoot Licinius, is neutraal van toon en geeft godsdienstvrijheid aan alle geloven. Ook het christendom wordt voor het eerst een ‘religio licita’, een toegestane godsdienst. Heel snel begon Constantijn de christelijke kerk evenwel te bevoordelen. Niet met één wet, maar met een soort salamipolitiek van geleidelijke maatregelen.”

Zoals?

“Hij ondersteunde de kerkenbouw in heel het Rijk. Overal werden prachtige basilieken opgetrokken, niet het minst in het door hem gestichte en naar hem genoemde Constantinopel. Onder impuls van zijn moeder, de heilige Helena, werd Jeruzalem een belangrijke bedevaartplaats. De zondag werd een officiële feestdag. Bisschoppen werden rijksdignitarissen en de clerus werd vrijgesteld van gemeenschapsdienst. Na een tijdje liet Constantijn ook het Christus-teken (de Griekse letters chi en ro, nvdr) op de munten slaan.”

Wat maakt dat Constantijn zo’n boon had voor het christendom dat hij zozeer begunstigde?

“Om politiekopportunistische redenen moest hij het alvast niet doen. In 313 waren de christenen nog maar een kleine minderheid, zo’n acht procent van de bevolking. Weliswaar waren er in het Oosten gebieden en steden die al sterk christelijk waren, maar in het Westen was dat helemaal niet het geval. In ieder geval vormden de christenen geen staat in de staat, die een gevaar zou vormen voor de gevestigde machten. Veel meer riskeerde hij met zijn begunstiging van de christenen, een opstand uit te lokken bij de heidense elite in leger en magistratuur. Het mag een wonder heten dat zoiets niet is gebeurd.”

Waarom doet hij het dan toch?

“Volgens de overlevering was dat te danken aan de overwinning op zijn rivaal Maxentius op 28 oktober 312 bij de Milvius-brug in Rome. Hij had een kruisteken laten aanbrengen op de wapenuitrusting van zijn soldaten nadat hij in een droom ‘in hoc signo vinces’ (in dit teken zal je overwinnen) had gezien. Het kan zijn dat hij daar een spirituele ervaring heeft gehad, maar dat valt voor een historicus niet exact te constateren. Wat vaststaat, was zijn grote bewondering voor de universaliteit van het christendom, dat in heel het Rijk aanwezig was, en voor de stevige hiërarchische kerkstructuur rond de bisschoppen. Bovendien maakte zijn religieuze opvoeding hem ontvankelijk voor het monotheïsme.”

Hoezo?

“De sfeer in het huisgezin waar hij opgroeide, bij zijn vader Constantius Chlorus en zijn moeder Helena, was al monotheïserend. Door de crisis van het Rijk, dat in zijn voegen kraakte, had het klassieke Romeinse veelgodendom bij de intelligentsia afgedaan. Die was op zoek naar één goddelijk beginsel. In die dagen deed de cultus van de ene Zonnegod veel opgeld. Van daaruit was een stap naar het christelijke godsgeloof minder groot dan vanuit het veelgodendom.

Tot zover Jan De Volder en Pierre Trouillez.

’Ik vrees voor breuk in katholieke kerk’

Uit een vraaggesprek van Frans Crols met Jan Wuyts

Jan Wuyts is een halve eeuw priester en pleit strijdvaardig voor de Jezuskerk. De machtskerk blijft in 2013 wettisch, massief en obsessioneel bezig met bijkomstigheden zoals het afwijzen van vrouwelijke priesters en de verdediging van het celbaat. Oud-deken van Leuven Wuyts vreest voor een breuk als de hiërarchie doof en star blijft.

Voor Wuyts is de katholieke kerk een sacraal instituut geworden met een sterk hiërarchische structuur en ze heeft alle kenmerken van de religie die door Jezus kritisch werden bekeken. In hoeverre kan deze kerk en vooral de feitelijke gang van zaken in deze kerk de toets doorstaan van het evangelie, vraagt hij zich af.

Staat de katholieke kerk voor een schisma?

“Daar ben ik bevreesd voor. Schisma is een groot woord, maar een breuk? Er groeit onmiskenbaar al polarisatie. Radio Maria bijvoorbeeld heeft een dankbaar publiek bij zieken en bejaarden. De zender levert prachtig werk, was daar niet de ondertoon en soms de boventoon van restauratie. Jonge priesters dragen graag de Romeinse boord als teken van hun bijzondere positie in de kerk. Ik hoop dat ze vooral te herkennen zijn aan hun levensstijl en hun boodschap; dat ze in overeenstemming met hun roeping getuigen van Jezus’ leven, lijden en sterven, en van de vreugde om zijn verrijzenis. De recente grote enquête onder de Vlaamse gelovigen toont aan dat een groot aantal mensen de officiële standpunten van de kerk niet volgt. Onze bisschoppen leggen in hun recente brief de nadruk op het navolgen van Jezus. Dat is prima. Onze kracht is onze eenheid en een grote vraag is: hoe ver kan verscheidenheid gaan zonder dat de eenheid wordt aangetast?”

Tot zover Frans Crols en Jan Wuyts.

De Stichting Boghossian

Uit een artikel van Frans Crols

De Boghossians zijn christenen en hebben de Armeense genocide, drie Arabisch-Israëlische oorlogen en 17 jaar burgeroorlog in Libanon overleefd. De Stichting Boghossian ijvert in Brussel voor de toenadering tussen Oost en West

Jean Boghossian: “We zijn met de huidige generatie Boghossians op zoek gegaan naar onze wortels in de Turkse stad Mardin bij de Syrische grens. Een prachtige streek met christelijke kloosters en een seminarie. In het zuidoosten van Turkije woonden Armeniërs, Maronieten, Suriani, allemaal oosters-christelijke godsdiensten die ter plaatse fel zijn uitgedund door vervolgingen. Armenië was het eerste land waar het christendom staatsgodsdienst werd (301), voor het Romeinse Rijk, onder keizer Constantijn (313).

Tot zover Frans Crols en Jean Boghossian.

Gebed van de week: De Heer heeft de ellende van zijn volk gezien

God, bekommerde Vader,

nog steeds ziet Gij om naar uw mensen.

Zoals in de oude verhalen

kent Gij hun lijden, ook vandaag.

In deze veertigdagentijd

roept Gij ons op

om stil te staan

bij ons eigen doen en laten,

om ons opnieuw te keren naar U.

In de versobering,

het bewust afstand nemen van de overvloed,

ontmoeten wij onszelf

en elke mens die leeft in armoede.

Dichtbij en veraf

schreeuwen mensen om aandacht,

om hulp, om kansen.

In hun vragende ogen

staart Gij ons aan.

Raak ons hart

zodat wij de moed hebben

om los te laten

wat niet eens van ons is,

om te delen

wat wij van U hebben ontvangen.

Dan wordt onze vasten

‘mede-lijden’,

solidariteit.

Dan geven wij een gezicht

aan uw voorkeurliefde voor de zwaksten.

Dan wordt evangelie realiteit:

Blijde Boodschap.

Uit het boek Onderweg van Wies Merckx

Onze Lieve Vrouw-Lichtmis

Week 2013-08 - Lichtmis 2013 003Week 2013-08 - Lichtmis 2013 007Week 2013-08 - Lichtmis 2013 008

Op zondag 3 februari 2013 had KVLV Korbeek-Dijle haar jaarlijkse Lichtmisviering met pater André Schotsmans als voorganger.

Bij de offerande bad de priester:

God van liefde en God van licht,

Uw liefde groeit in de harten van mensen

door de warmte die anderen uitstralen.

Uw kracht is als zout in onze voeding,

uw genegenheid als een lichtflits in onze ogen

en uw tederheid als de schaduw

van een weldoende omarming.

Jezus gaf ons brood vol van levensenergie.

Hij gaf ons de wijn van verbondenheid met U.

Schenk ons uw aanwezigheid vandaag en alle dagen:

dan kunnen wij in onze omgang met anderen

als uw Licht voor de wereld zijn

vanuit de kracht en in de Geest van Jezus uw Zoon.

woensdag 13 februari 2013

Gebed van de week: Onderweg

Ons wekelijks Cursiefje van Frans De Maeseneer krijgt een opvolger met een wekelijks Gebed van Wies Merckx uit zijn boek Onderweg uitgegeven door Halewijn.

Op de achterflap van het boek lezen we: Al meerdere jaren schrijft Wies Merckx, diaken in het dekenaat Oosterzele, wekelijks een ‘gebed van de week’ voor de plaatselijke edities van Kerk & Leven. Hij put zijn inspiratie uit de bijbel en uit de contacten met mensen, zowel in de pastoraal als in het professioneel leven.

Vandaag beginnen we met het Voorwoord van zijn boek door Noël Bonte.

C.L.

Onderweg

Onderweg. We zijn het allemaal.

Onderweg met en naar elkaar, met en naar onszelf.

Onderweg zijn, is een thuis verlaten om er een andere te bereiken.

Onderweg, een leven lang.

Onderweg zijn, doet nieuwe horizonten ontdekken.

Onderweg zijn, is gast worden daar waar je welkom bent.

Onderweg op zandwegen en asfalt, gras en kasseien.

Onderweg zijn, beleeft elkeen, en iedereen anders.

Onderweg zijn, is menselijk.

En de liefste mens, Jezus, is de weg.

Ook zijn volgelingen weten dat.

Hun oudste naam is toch ‘mensen van de weg’

en Gods eerste naam is ‘Ik ben met jou’, ‘Ik ga met je mee’.

Onderweg. Een heerlijke bundel van een bevlogen schrijver.

Wies Merckx is pelgrim met de pelgrims.

Doordesemd van Gods Geest gaat hij met ons mee

op de weg van alle leven, onderweg…

Van harte voor een goede vriend.

Noël Bonte

Aalscholvers in de Dijlevallei

Week 2013-07 - Aalscholvers 004

Tijdens de vorst- en sneeuwperiode in januari doken er weer aalscholvers op in de Dijlevallei. Uit de dikke van Dale en de Grote Winkler Prins citeer ik: De aalscholver (ook schollevaar, waterraaf, rotgans) is een grote koolzwarte watervogel met een lange snavel, waarvan de haakpunt loodrecht naar beneden gekromd is. De aalscholver duikt en zwemt onder water. Hij overwintert hier voor een deel. Jonge vogels trekken zuidwaarts tot de Middellandse Zee. De grote aalscholver is broedvogel in o.a. Groot-Brittannië en Noorwegen.

‘Mensenrechten alleen volstaan niet meer’

(Gelezen In Tertio Van 30 Januari 2013)

Uit een artikel van Jos Vranckx

Voor haar 125-jarig bestaan wil de internationale Esperanto-beweging bij de Verenigde Naties een voorstel indienen om de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens aan te vullen met menselijke plichten. “Onze amendementen beantwoorden aan een groeiende bewustwording dat het focussen op de rechten van het individu niet meer houdbaar is”, zegt mede-initiatiefnemer Jo Haazen.

Jo Haazen, eredirecteur van de beiaardschool Jef Denyn in Mechelen en docent aan de staatsuniversiteit van Sint-Petersburg, is al heel zijn leven een gedreven promotor van het Esperanto, de kunsttaal in 1887 ontwikkeld door de Poolse dokter Ludwik Lejzer Zamenhof om de eenheid en het wederzijdse begrip tussen de volkeren te bevorderen. Hoewel het Engels de rol van ‘wereldtaal’ intussen heeft overgenomen, is het wereldwijde Esperanto-netwerk volgens Haazen nog altijd uniek en springlevend.

De preambule van de ‘Universala Deklaracio de Homaj Rajtoj kaj Devoj’ (Universele Verklaring van de Rechten en Plichten van de Mens) licht toe waarom het woord ‘plichten’ wordt toegevoegd aan ‘rechten’. De huidige focus op ‘rechten’ leidt tot “eigengerichte individuele en collectieve verzuchtingen”. Aanvulling met plichten “nodigt uit tot meer aandacht voor derden, een betere verstandhouding, verdraagzaamheid en harmonie”.

Tot zover Jos Vranckx en Jo Haazen.

woensdag 6 februari 2013

Korbeek Zingt 2013

Vlieg Je Mee?

Op zondag 20 januari 2013 was er in Korbeek-Dijle de startviering van onze eerstecommunicantjes.

Vier meisjes: Stephanie, Fien, Charlotte en Caroline bereiden zich voor op hun Eerste Communie op zondag 12 mei 2013.

Als slotgebed van de eucharistieviering met veel mooie zang, gebeden en verhalen, bad de priester:

Jezus, vandaag zijn we zo gelukkig bij U.

Sterk deze jonge vleugels elke dag een beetje meer om

hen samen te laten vliegen naar hun Eerste Communie toe.

Van daaruit kunnen zij dan met versterkte vleugels

een voorbeeld zijn voor anderen een leven lang.

Dieudonne

Cursiefje van Frans De Maeseneer

Gelieve dit woord te lezen zonder enig accent. Het is gewoon Dieu-donne: God geeft. Ik heb daar een verhaal over. Ik wil het even kwijt. Het gebeurde in Haïti, in het jaar 1981. Ik mocht daar acht dagen verblijven. In kloosterlijke termen gezegd: wij hielden daar kerkelijk bezoek. Wij, dat is de provinciale overste en ik. Ik was toen zoiets als zijn adjunct.

Op voorhand hadden we zoveel artikels gelezen en films bekeken over de voodoo en papa Doc en baby Doc, over bijgeloof en duivelse praktijken, over bockors en tontons-machouts, over armoede en corruptie. Kortom, Haïti was een land van sekten en insecten. Het was een land waar mannen altijd de broek dragen, want ze zijn geen slaven meer! Een land waar vele mensen katholiek gedoopt zijn maar steeds opnieuw bekoord worden om terug te keren naar de rituelen van hun oude geesten. En dat wordt daar heel zwaar bestraft: voodoobezoek staat gelijk aan weigering van communie gedurende weken en/of maanden. Heel stigmatiserend. Dat, en nog veel meer, wist ik af van Haïti toen ik landde in Port-au-Prince. Op de luchthaven kroop de hitte van de tarmac via mijn lichte broekspijpen over heel mijn body. Ik was dus aangekomen.

Eerlijk gezegd, niets viel mee. Alles wat we zagen, was in de praktijk nog erger dan onze voorkennis. Ik doorleef dit soort ervaringen altijd zeer reflexief. Ik ben daar voor honderd procent aanwezig geweest… met hart en ziel. Maar ook met mijn lichaam. Na twee dagen zat ik vol jeuk. Ik had bovendien een serieuze bloedvergiftiging. Ik ben daar geen enkel uur fit en gezond geweest. En ook de medebroeders vielen niet mee: allemaal getekend door de hitte en de armoede, door de zwarte struggle for life. Ik heb een hoogmis meegemaakt met twaalfhonderd mensen om zeven uur ’s morgens: vele zwarten gekleed met alle kleuren van de regenboog. Ik heb Cité Soleil gezien, hartje hoofdstad. Letterlijk stinkend heet. Ik dacht voortdurend: hier staat God te kloppen, te roepen en te schreeuwen: laat deze mensen toch leven! Met duizend uitroeptekens. Ik was daar geen seconde gelukkig: zoveel ellende mag mensen niet worden aangedaan.

Gelukkig was er de laatste dag en die maakte alles goed. We reden vanuit het Noorden (Labrande) naar de hoofdstad. Hun pater en ik en een meisje Dieudonne. Ze zat op de achterbank van de jeep. Na het rozenhoedje in het Kreools begon dat meisje te zingen. Zomaar uit het hoofd, uit het hart. Latijn, Kreools, Engels en Frans. En ze hield niet op, echt waar. Een stem als Nana Mouskouri, een stem van goud. Achttien was ze. Zo spontaan, zo puur, zo vol, zo zalig.

En dat was nog niet alles. Na vier uur moeilijk rijden en hotsen en botsen kwamen we in de buurt van Port-au-Prince. En Dieudonne begon te zingen: Haïti, mon paji! Een nationale hymne. Indien het mogelijk was geweest zou ze zijn rechtgestaan in de jeep. En toen werd ik me zo ontroerd dat ik ze in mijn armen heb genomen. Ik heb ze de mooiste kus gegeven van heel mijn leven. God gaf me toen heel veel. Dieudonne.

En Dieudonne stapte uit de wagen en liep naar het grootwarenhuis.