Een opkikkertje van Hedwig Van Peteghem
Je moet eens naar je handen kijken. Daarin staat vaak een heel leven opgeschreven. Hier en daar een litteken door wat tegenslag of een laagje eelt waardoor je weerbaar wordt en tegen een stootje kunt. De palm is meestal zacht omdat hij iets beschermends heeft: daarmee draag je alles wat klein en breekbaar is. Sommigen kunnen de toekomst erin lezen. Er zijn er met korte nagels omdat ze zichzelf levend zouden kunnen opeten van de spanning. En bovendien: niet alleen jij bent uniek, zelfs elk van je eigen vingers.
Met handen kan je ook veel doen. Natuurlijk gebeuren er negatieve zaken mee, maar we kunnen er nog veel meer goeds mee verwezenlijken. Die klauwen kunnen op de kortste tijd dienbladen worden. Ze kunnen strelen en zalven, helen en beschermen. Sommigen steken ze voor iemand in het vuur of houden ze iemand boven het hoofd. Je kan ze zelfs gebruiken om iets door de vingers te zien. Je kan ze vouwen of gewoon open houden om meer kracht in jezelf toe te laten.
Als je iemand een hand geeft, deel je spontaan een stukje van jezelf. Er zijn geen woorden voor nodig: dit kleine gebaar zegt genoeg. Zoals je iemand in heel zijn persoon uitsluit als je hem een hand weigert te geven. Met handen kan je scheppen, letterlijk en vooral figuurlijk. Daar gebeuren trouwens de meeste wonderen mee. Iemand een hand geven is - zoals een schouderklopje - een klein gebaar waardoor je iemand tastbaar en zichtbaar bevestigt. Handdrukken zijn korte tekens van verbondenheid, want ze stralen een stukje hart uit. Als je iemand een gouden handdruk geeft, laat het dan niet de laatste zijn, maar een om duimen en vingers van af te likken.
Tenslotte, het kan niet anders dan deugd doen als iemand je belooft: ik zal je naam - en alles wat je bent - in de palm van Mijn hand schrijven… voor altijd. Als je dan niet in goede handen bent?!!