De profeet Jesaja moedigt ons aan niet te treuren, zelfs in de woestijn zal de natuur gaan bloeien. Is het nog geloofwaardig wanneer we zien dat steden kapotgeschoten worden? Groeit er geen gevoel van onmacht ook in de verhouding tot de politiek en tot de wereldvrede? Jakobus maant ons aan om geduld te hebben, zoals de boer die over zijn veld wandelt om te zien of er reeds sprietjes uitkomen waar hij gezaaid heeft. Zoals in de natuur, is het ook in het samenleven nodig God aan het werk te laten.
In het evangelie krijgen we een identiteitskaart van Jezus. Johannes weet van zichzelf dat hij de voorloper is van Jezus. Hij heeft hem gedoopt. Kon Jezus nog dieper afdalen dan dit? Hij werd gewoon mens, meer nog: Hij nam de gestalte aan van een zondaar door zich te laten onderdompelen om gedoopt te worden door Johannes.
Dan komt zijn antwoord aan Johannes. Herinner u wat Lucas schreef toen Jezus in de synagoge van Nazaret voorlas uit de Schrift: ‘De Geest van de Heer rust op mij; daartoe heeft Hij mij gezalfd. Om aan armen de goede boodschap te brengen heeft Hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating aan te kondigen en aan blinden het licht in hun ogen, om verdrukten in vrijheid te laten gaan… (Lc 4,18). Bij Matteüs klinkt het zo: ‘Ga aan Johannes vertellen wat u hoort en ziet: Blinden zien weer en kreupelen lopen, melaatsen worden rein en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de goede boodschap verkondigd’ (Mt11,4-5).
Het valt op dat Jezus enkel verwijst naar dingen die gebeuren, niet naar zijn boodschap. Deze dingen die aan mensen gebeuren, zijn sprekend teken van de hoop die we mogen stellen in God. deze dingen zijn ongehoord, bij God is niets onmogelijk.
Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)