Ik heb veel gewerkt met mensen die aan lager wal
waren geraakt, maar ik heb die altijd vierkant mijn
gedacht gezegd. Dat viel niet bij iedereen in goede
aarde. Het is wel eens gebeurd dat iemand ’s nachts
belde: ‘Hallo, Phil Bosmans? Gij zijt een stuk stront.’ Ik
heb niet neergelegd, maar gewoon geluisterd tot die
man uitgeraasd was. Toen vroeg ik of dat alles was. Hij
vloekte nog een keer en legde neer. Die man moest
zich waarschijnlijk eens uitleven en zal achteraf aan zijn
kameraden verteld hebben dat hij op zijn beurt mij zijn
gedacht gezegd had.
Uit het boek Kijk naar de zon! samengesteld door Peter Ausloos