(Een opkikkertje van Hedwig Van Peteghem)
Ik heb het zelf nooit meegemaakt, maar geloof wat die man mij vertelde. In zijn kindertijd - heel wat jaren geleden dus - bestond op school de gewoonte zich met hart en ziel voor te bereiden op Kerstmis. Iedereen was ervan overtuigd dat het een marteling moest zijn voor dat pasgeboren kind om in zo’n hard stro te slapen. De zuster zei dat we hat leven van dit kind iets zachter konden maken. Hoe ging dat in zijn werk?
Telkens men een goede daad gedaan had - wat ging van een vriendelijk woord tot een helpend gebaar - mocht men een plukje watten in de kribbe leggen. Hoe meer goeds we deden, des te rustiger en vrediger zou het kind kunnen slapen. Het klinkt misschien wat naïef, maar toch brachten deze kinderhanden op hun manier de blijde boodschap van het kerstgebeuren. Goed zijn voor anderen gaat verder dan problemen oplossen en maatschappelijk werk doen. Het zorgt ervoor dat het leven nieuw kan worden, dat God met ons kan zijn. Het is weten en geloven dat we niet op eigen krachten moeten draaien. Je hoeft geen krachtpatser of heilige te zijn om de kerstboodschap in daden om te zetten. Kerstmis waarmaken in je leven is de mensen in de watten leggen omdat men dankbaar is om dit leven. Kerstmis vieren is blij zijn dat we gebruik mogen maken van zijn licht om een hemel op aarde te maken. Het begint bij kleine en onbeduidende dingen: een kind, een kribbe, een ster. Haal wat watten bij de apotheker en laat aan de mensen rondom jou maar voelen dat Kerstmis geen verzinsel is.