woensdag 21 november 2012

Abraham Lincoln

Cursiefje van Frans De Maeseneer

Abraham Lincoln is de zestiende president geweest van de USA. Over die man heb ik onlangs een serieus artikel gelezen. Als dusdanig is die tekst niet geschikt voor deze publicatie. Ik wil echter stilstaan bij één woord van deze grote republikein. Hij heeft het over het onderscheid tussen een staatsman en een politicus. ‘Een staatsman denkt altijd aan het land, een politicus altijd aan… de volgende verkiezingen’. Dat woord geef ik meteen een ereplaats op mijn hitparade van geslaagde uitspraken. Iemand die kan kalligraferen, mag dit woord eens mooi versieren en het dan opsturen, op mijn kosten, naar onze vele parlementen. Het zou daar wonderen (kunnen) doen.

Geef toe: de uitspraak is raak. Ik moet er telkens aan denken wanneer ik zie en hoor hoe onze bestuurders zo weinig besturen, hoe onze coalities met wantrouwen worden gevormd en dus falen. Ik moet voortdurend aan dat woord denken wanneer ik hoor en zie hoe beloften worden gedaan en niet gehouden. Enkele jaren geleden was ik zelfs zo naïef te geloven in een nieuwe politieke cultuur, plechtig met hoofdletters NPC genoemd. Dat heeft bij mijn weten geen twee maanden geduurd. Daarna keerden de heren en de dames terug naar hun slechte gewoonten. Telkens en telkens opnieuw denken ze volgens de grillige golfslag van de opiniepeilingen. Iedereen zegt en herhaalt dat dit soort peilingen niet belangrijk zijn… behalve wanneer ze winst beloven bij de volgende verkiezingen. Die verkiezingen moeten dan maar liefst zoveel mogelijk worden vervroegd. Lincoln heeft al vaak zijn gelijk gekregen.

Dat alles is jammer maar helaas. U moet namelijk weten dat ik al heel mijn leven bewust positief ben geweest voor mensen die zich willen inzetten voor de opbouw van de gemeenschap. Wat precies de oorspronkelijke betekenis is van het Griekse woord politeia. Dat ik steeds - meestal tevergeefs - mensen heb willen overtuigen om zich voor politiek te interesseren.

Ik ben een vurig lezer geweest van de politieke theologie van de jaren tachtig. Ik ben vooral steeds op zoek geweest in de bijbel naar profeten en herders, naar mannen en vrouwen die passionario’s waren voor de zaak van de gerechtigheid. De bijbel is nergens en nooit ‘de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie’. Foei. De bijbel handelt altijd over de opbouw van een mensengemeenschap. Omdat onze God gedroomd heeft van een volk dat recht doet en gerechtigheid. Omdat de mensen die dit visioen hadden begrepen, er hun leven en hun sterven voor veil hadden. Sjaloom.

Welnu, ik mis iets van die gedrevenheid. Ik proef zo weinig visie, zo weinig taaie wijsheid. Veel te veel oplapwerk voor morgen en voor onmiddellijk, maar nooit eens een charter of een universeel manifest. Veel te veel instantoplossingen met dringende deadlines. Nooit een politiek credo. Lincoln is nog zeer actueel.

Intussen weet ik ‘vanuit de zijlijn’ hoe alle netelige dossiers moeten worden aangepakt: DHL, de nachtvluchten, BHV. Ik heb voor alles de enig juiste oplossing… volgens mijn alom gekende bescheiden mening. Dat is natuurlijk een joke.

Dat ze maar liever naar Lincoln luisteren.