De Kerk verlangt dat alle mensen gelukkig zijn. Dat was het ook wat Jezus bedoelde: dat mensen het leven mogen vinden en integraal mens kunnen zijn. Geluk heeft dan ook persoonlijke, relationele, professionele, sociale, politieke en mystieke aspecten. Jezus beleefde dat zelf en daarom voelden andere mensen zich gelukkig bij hem. Hij was letterlijk ‘geloof-waardig’. Een goed mens berekent niet. Een oprecht mens zegt wat hij doet en doet wat hij zegt.
Geloofwaardigheid en waarachtigheid horen samen. Waarachtigheid betekent: in de waarheid staan. Het is een belangrijke taak van de Kerk: samen zoeken naar de waarheid.
Niemand gaat trouwens graag om met leugenaars. Liegen is iets wat een natuurlijke afkeer of walging doet ontstaan. Liegen leidt tot nog meer leugens, om te zeggen dat men niet gelogen had.
De vraag naar waarheid staat nochtans in onze genen geschreven. De Schrift vertelt hoe het volk van God, van Abraham tot Joannes de Doper, op zoek was naar waarheid. Maar het verloor zich dikwijls in leugen en bedrog. Of het verloor zich in wetten en bepalingen waarmee het krampachtig de uitverkiezing van Jahwe wilde vasthouden.
Hoe bevrijdend was de komst van Jezus? Hij heeft laten zien wat de Schepper bedoelde met de mens. Wat is de waarheid in verband met de mens? In Jezus’ leven vinden we ‘antropologie’, de waarheid over de mens.
Uit het boek: In de naam van de Vader, 365 fragmenten uit homilieën en toespraken van MGR. LUC VAN LOOY (uitgegeven door Halewijn in 2018)