Cursiefje van Frans De Maeseneer
Veronderstel nu eens dat niemand je graag ziet. Dat je geen naam hebt en geen papieren. Dat niemand - helemaal niemand - zegt: mijn kind, mijn moeder, mijn vader, mijn broer, mijn zus. Veronderstel nu eens dat nu eens echt niemand op onze grote planeet je belangrijk genoeg vindt om aan je verjaardag te denken. Veronderstel nu eens dat niemand aanwezig is bij de geboorte van je kind; de biologische vader is immers laf spoorloos. Veronderstel nu eens dat je geen rechtmatig pensioen ontvangt. Veronderstel nu eens dat je zwaar ziek bent en niemand voor je telefoneert naar het ziekenhuis. Veronderstel eens dat je een huis zoekt of een home… en overal zijn de wachtlijsten te lang. Veronderstel eens dat je wil geholpen worden of gedepanneerd, maar precies nu zijn alle telefoonlijnen bezet van negen tot zeventien uur. Veronderstel nu eens…
Dat is literatuur die goed past in acties als broederlijk delen en welzijnszorg, voor artsen zonder grenzen en damiaanacties, voor zelfhulpgroepen en palliatieve zorgen en zo meer. Maar als je die lijn moest doortrekken over heel je leven, dan stoort het ons burgerlijk welbehagen. Maar dat is nu precies de garantie van onze authenticiteit. We moeten namelijk ophouden te redeneren en te denken en te handelen alsof het probleem van ondererkenning en onderwaardering van mensen een marginaal fait divers is. Het is de rauwe werkelijkheid van meer dan vijftig procent van onze wereldbevolking. En misschien is deze schatting nog braaf…
In ieder geval ethiek en godsdienst kunnen niet om het feit heen van de grote ‘ontrechting’ van mensen. Nu is er een joodse filosoof opgestaan die onze courante moraal doorlicht, analyseert… en er niet meer in gelooft. Zijn naam is Levinas. Zijn betoog is heel duidelijk.
Als je wil weten wat je moet doen, mag je niet enkel kijken naar woorden en waarden en principes. Dat zijn uiteindelijk gevaarlijke ontsnappingsroutes, die ons voor elk optreden van mededogen excuseren. Dan moet je kijken naar het gelaat van de andere mens: zijn behoefte, zijn angst, zijn vreugde, zijn dromen. Het gelaat van de andere - le visage de l’autre - zal je inspireren om niet langer te geloven in stijve dogma’s of even strakke houvasten. Dat leert ons Levinas. De moraal is niet gemáákt maar steeds in de maak.
Levinas nu was een Jood. Hij heeft heel zeker vanuit zijn opvoeding vaak het woord gehoord: luister Israël. Hij heeft echter de flair gehad het woord luisteren te vervangen door het woord zien. Daarmee wordt ons moreel systeem ondergraven. Volgens Levinas is moraal elke dag opnieuw uit te vinden. Moraal is niet allereerst gehoorzamen aan wat is vastgelegd van eeuwigheid tot eeuwigheid. Het is uit te vinden door attente mensen die maar één principe kennen: ik wil liefhebben. Wie liefheeft, wordt creatief.
Veronderstel nu eens dat Levinas gelijk zou hebben.