Belgiê had verschillende verdedigingslinies opgezet tegen de dreigende Duitse inval:
-een eerste Belgische verdedigingslinie langs de Belgisch-Nederlandse grens met het fort van Eben-Emael
-een linie langs het Albertkanaal en de Maas
-de K.W.-linie tussen Koningshooikt en Waver waarvan de vier gevechtsbunkers in Korbeek-Dijle deel uitmaakten; zij werden aangeduid als LW2 (Ormendaal), LW3 (Veeweide), LW4 (Stationsstraat) en LW5 (Kleinebroekstraat) (LW = Leuven-Waver)
-een linie langs de Dender en de Schelde.
Op de KW-linie nam het Belgisch leger stelling in van Koningshooikt tot Leuven en het Britse leger van Leuven tot Waver. Het Franse leger verdedigde de zone ten zuiden van Waver.
De Britten die in Korbeek-Dijle de zones van LW2, LW3 en LW4 verdedigden behoorden tot het 2de Bataljon van het North Staffordshire Regiment. De zone van LW5 tot het centrum van Neerijse werd verdedigd door Schotse militairen: het 6de Bataljon van het Gordon Highlanders Regiment. De zone van LW1 (aan de nieuwe stuw op de Dijle in Egenhovenbos) werd ook verdedigd door een Schots bataljon.
Vooral met het dagboek van het Britse 2de Bataljon van het North Staffordshire Regiment hebben onze oorlogsrechercheurs de chronologische oorlogsfeiten tussen 10 en 17 mei 1940 kunnen reconstrueren:
-in de vroege ochtend van vrijdag 10 mei 1940 vallen de Duitsers België binnen en op een paar uren wordt het fort van Eben-Emael uitgeschakeld (met het geheime wapen van de “holle lading”); pas dan mogen Britse en Franse troepen het ‘neutrale’ België ter hulp komen
-zaterdag 11 mei: een Engelse tankdivisie komt toe in Korbeek-Dijle en trekt over de Dijle in oostelijke richting
-zondag 12 mei: een Engelse infanterievoorhoede trekt eveneens in oostelijke richting over de Dijle
-om 17.30 u komt het 2de Bataljon van het North Staffordshire Regiment toe in Korbeek-Dijle en neemt er stelling in: één compagnie per bunker LW2 tot LW4 en één compagnie in reserve; het hoofdkwartier wordt gevestigd in de Hollestraat; een compagnie telt 100 tot 150 manschappen
-de Engelse militaire overheid geeft het bevel tot ontruiming van het dorp
-maandag 13 mei: de manschappen graven zich in
-de Dijlebrug wordt klaar gemaakt voor vernietiging door een compagnie van de Royal Engineers
-een peloton bestaande uit lichte rupsvoertuigen neemt positie in aan de overzijde van de Dijle, evenals een peloton van de compagnie rond de bunker van de Stationsstraat
-vijandelijk contact van de Engelse tankdivisie die op 12 mei over de Dijle trok, zo’n 20 mijl (ongeveer 32 kilometer) ten oosten van de Dijle
-dinsdag 14 mei: ’s morgens grote vijandelijke luchtactiviteit: geen slachtoffers bij het Engelse bataljon in Korbeek-Dijle (wel twee burgers in Bertem en één in Leefdaal)
-de tankdivisie die ten oosten van de Dijle reeds vijandelijk contact had de dag voordien trekt zich terug onder vijandelijke druk tussen 13.30 u en 14.30 u. Het opblazen van de Dijlebrug werd met 1 uur uitgesteld om twee achtergebleven tanks toe te laten de brug over te steken
-om 15.30 u wordt de brug opgeblazen
-vijandelijke patrouilles worden waargenomen; de nacht verloopt rustig
-woensdag 15 mei: in de vroege morgen zwaar artillerievuur ten zuiden van Sint-Joris-Weert
-12.00 u: een kapitein van de compagnie aan de Stationsstraat wordt ernstig gewond in de nek door een booby trap (een valstrikbom) in een huis, geplaatst door een burger waarvan er verscheidenen nog steeds in het dorp verblijven
-rond 14.30 u valt de Ormendaalcompagnie binnen vuurbereik van de vijandelijke artillerie en mortieren en het vuren verplaatst zich geleidelijk naar het hoofdkwartier in de Hollestraat
-op hetzelfde moment bereikt een vijandelijke patrouille van twee Duitsers per motorfiets het uiteinde van de Stationsstraat (kant Oud-Heverlee); ze worden neergeschoten door de Engelse compagnie van LW4 (een dode en een gewonde)
-stilte van 17.00 u tot 20.30 u
-20.30 u tot 21.30 u: zwaar versperringsvuur komt op hoofdkwartier en op Ormendaalcompagnie en ook op het dorp
-21.30 tot 23.00 u: tijdelijke kalmte
-21.45: de dode Duitser en de gewonde Duitse officier worden opgehaald
-donderdag 16 mei: vanaf 8.00 u met tussenpozen tot 11.45 u: vijandelijke artillerie op het hoofdkwartier; onderluitenant R.C. Le Tissier wordt gedood en vier man gewond; Le Tissier wordt voorlopig begraven in de zuid-westelijke hoek tussen de Hollestraat en de Nijvelsebaan onder een appelboom (zie ook Nawoord)
-12.00 u: het hoofdkwartier wordt verlegd naar het dorp; artillerievuur op hoofdkwartier en op Ormendaal
-14.30 u tot 16.00 u: zeer zware concentratie vuur op de Hollestraat;
-19.30 u: order voor terugtrekking (tactische beslissing als gevolg van de Duitse doorbraak in Sedan en het gevaar voor insluiting)
-21.30 u: begin terugtrekking onder artillerievuur
-22.00 u: de kleine achterhoedeafdelingen van de drie in stelling liggende compagnieën verlaten de rivierlinie
-vrijdag 17 mei: de Duitsers arriveren aan de opgeblazen Dijlebrug
Op de foto zien we een groepje Duitsers bij het lichaam van een gedode Duitser dat op de grond ligt; op de achtergrond links de als een huisje geschilderde bunker LW4 en rechts de boerderij van Kamiel Coeckelberghs; achter de boerderij een rookwolk en een gedeelte van de kerktoren; vóór de boerderij het gat waar de Dijlebrug werd opgeblazen. De Duitsers konden de Dijle nog oversteken langs de dam die in de Dijle werd gebouwd om het gebied onder water te zetten.
Nawoord:
Tijdens de “Slag aan de Dijle” in mei 1940 sneuvelden in de Britse sector 275 militairen van het Britse Leger en de Royal Air Force. Raymond Cyril Le Tissier was één van hen. Hij werd geboren op het Kanaaleiland Guernsey op 2 mei 1916, studeerde Frans en Duits aan het Jesus College in Oxford. Hij vervoegde het Britse leger in 1939 en werd 2nd Lieutenant in het 2nd North Staffordshire Regiment. Omwille van zijn talenkennis kreeg hij een staffunctie: tolk en verbindingsofficier.
Le Tissier was ingekwartierd bij de familie Neckebrouck en onderhield in zijn hoedanigheid van verbindingsofficier contact met de onder Engels gezag geplaatste burgerlijke autoriteiten van Korbeek-Dijle. Op 12 mei moest hij de burgemeester en de bevolking van Korbeek-Dijle in kennis stellen van het door de Britse militaire overheid uitgevaardigde evacuatiebevel. Hij sneuvelde op 16 mei. Hij heeft een definitief graf gekregen op het kerkhof van Korbeek-Dijle.
De speurders van en voor Erfgoedkamer Bertem