1 . Netwerker van God voor de mensen
Tertio-redacteur Emmanuel Van Lierde voerde lange gesprekken met Gents bisschop Luc Van Looy. Ze liggen aan de basis van het boek Netwerker van God voor de mensen dat op 12 april na de chrismamis om 19 uur in de Gentse Sint-Baafskathedraal wordt voorgesteld. In dat geloofsboek en “geestelijk testament” vertelt de bisschop, salesiaan, missionaris en vriend van de wereldkerk, wat hem ter harte gaat en waar hij God aan het werk ziet. Deze voorpublicatie neemt u mee naar de periode van 1984 tot 2003, toen Van Looy lid was van het centraal bestuur van de salesianen van Don Bosco in Rome en hij van daaruit de wereldkerk verkende.
Als we de lokale huizen bezoeken, wat doen we daar? Allereerst bemoediging brengen. Dat was voor mij altijd een rode draad. Luisteren naar de mensen. Laat ze maar klagen en zagen, bekritiseren en mopperen, maar breng zelf vreugde. Wees positief en bemoedig hen.
Bisdommen en religieuzen
Waar ik als lid van het centraal bestuur kwam tijdens die reizen, gaf ik voor de salesianen vaak vorming of retraites over het evangelie en over Don Bosco. Tegelijk zorg je ervoor dat de congregatie bij de kerk blijft, dat de salesianen niet hun weg opgaan, los van de diocesane bisschoppen. Normaal hebben wij alleen voor de diaken- en de priesterwijdingen in onze congregatie een bisschop nodig. Zo wijdde hulpbisschop Paul Schoenmaeckers van het aartsbisdom mij tot priester terwijl ik die voordien nooit had ontmoet en daarna ook niets met hem te maken zou hebben. Een bisschop heeft werk genoeg in zijn diocees en onze congregatie is groot waardoor ze aan zichzelf genoeg kan hebben. Dan bestaat het risico dat ieder op zijn eiland blijft en naast elkaar werkt. Ik vond het daarom belangrijk de salesianen bij de ruimere kerk te houden en omgekeerd in de bisdommen iets binnen te brengen van de salesiaanse eigenheid; bruggenbouwer te zijn tussen de reguliere en de seculiere kerk.
Ook in Vlaanderen stelde ik tijdens de twee visitaties die ik er destijds bracht, vast dat onze congregatie en de bisdommen gescheiden werelden waren. De bisschoppen hadden de salesianen niet nodig en omgekeerd. Dat we in aparte werelden leven is niet gezond. Als bisschop die zelf een religieus is, ben ik er misschien gevoeliger voor geworden en tracht ik veel bezig te zijn met de religieuzen in ons bisdom. Verscheidenheid is goed, ieder mag zijn charisma hebben, maar er moet ook eenheid zijn in de kerk. Petrus en Paulus verschilden geregeld van mening, maar ze stonden er wel samen voor hun kerk.
Zo werkt God
Ik maak me de persoonlijke bedenking dat God werkt met gebeurtenissen in ons leven. Het is wellicht een interpretatie maar ze vertrekt vanuit het geloof in de actieve aanwezigheid van God in onze geschiedenis. Een herexamen bij de jezuïeten in Turnhout bracht mij als jonge snaak bij de salesianen die ik voordien niet kende. Spontaan vloeide daaruit mijn roeping als salesiaan. In Vlaanderen, met toen een grote provincie van de salesianen, zou ik wellicht nooit provinciaal geworden zijn. Korea daarentegen was een kleine provincie waar dat wel gebeurde. Als ik niet als missionaris naar Korea was vertrokken, had ik misschien nooit aan een algemeen kapittel deelgenomen. Dan was ik ook nooit gekozen als lid van het hoofdbestuur en verantwoordelijke voor de missies. En als ik weer jaren later niet dat fietsongeval gehad zou hebben, was ik dan misschien toch algemeen overste van de salesianen geworden? In dat geval was ik daarna geen bisschop van Gent benoemd, terwijl ik buiten al mijn verwachtingen daar beland ben. Achteraf ontdek je daar een lijn in; het lijkt alsof het leven aaneenhangt van toevalligheden, maar kunnen we daarin niet evengoed God aan het werk zien? Ik antwoord daar ja op. Zo werkt God inderdaad.
2 . “Apotheker, koester je integriteit”
Uit een artikel van Kris Somers
“Wie je bent als persoon, bepaalt in grote mate hoe patiënten je als apotheker zullen beoordelen”, weet Kris Dierickx. “In de afweging van je ethisch handelen nemen mensen je hele persoonlijkheid mee. En dat geldt ook voor onderzoekers.”
Een recente ethische vraag voor apothekers is het afleveren van euthanatica. De gewetensvrijheid nodigt uit tot reflectie. “Dat onderwerp was vijftien jaar geleden niet aan de orde”, stipt Dierickx aan. Hier speelt uiteraard de Belgische euthanasiewetgeving, waarin de apotheker een belangrijke rol speelt: een arts kan de middelen die nodig zijn om euthanasie toe te dienen alleen verkrijgen van een apotheker.
“Sterker nog: de arts dient persoonlijk de euthanatica af te halen bij de apotheek”, weet de hoogleraar. Vaak stelt de ethische commissie van een ziekenhuis ook een ethische gedragslijn op voor de ziekenhuisapotheker, die het evenwicht poogt te houden tussen het aanbieden van euthanasie als instelling en de individuele gewetensvrijheid van de zorgverlener die in de wet is ingeschreven. Een probleem dat veeleer in de dorpsapotheek voorkomt, is de vraag of de apotheker ook bij hoogdringendheid – bijvoorbeeld tijdens de wachtdienst in het weekend – euthanatica moet afleveren. Die vragen over de rol van de apotheker blijven volgens Dierickx veelal onderbelicht in de bio-ethische debatten over dat gevoelige thema.
3 . Ouderenzorg dreigt opstap naar euthanasie te worden
Uit een standpunt van Fernand Van Neste, jezuïet en van 2002 tot 2012 lid van de Controle- en Evaluatiecommissie Euthanasie in België.
Zowel in Nederland als in België worden stappen ondernomen die het voor ouderen wettelijk makkelijker maken uit het leven te stappen. Bij onze noorderburen gebeurt dat volgens ethicus Fernand Van Neste openlijk door de politieke besluitvorming, terwijl het bij ons veeleer heimelijk gaat. Er is een hellend vlak waarbij de wil van de patiënt steeds meer het enige doorslaggevende argument is voor euthanasie.
Zowel ouderenpsychiater An Haekens als Paul Vanden Berghe, directeur Palliatieve Zorg Vlaanderen, gaf onlangs in dit blad aan dat de euthanasiepraktijk in België mogelijk doorschiet. Hoofdarts Haekens wees daarbij op “een enorme opmars van euthanasie” bij ouderen op grond van “polypathologie”, oftewel “de combinatie van verschillende ernstige of ongeneeslijke ziekten”. Ze ziet daarin een “oprekking van de wettelijke criteria” en waarschuwt terecht voor de teloorgang van een “warme zorg” voor onze ouden van dagen wanneer allerlei “niet-medische vormen van lijden” tot euthanasie zouden kunnen leiden.