woensdag 29 januari 2014

Burgemeesters Van Korbeek-Dijle Tussen 1800 En 1976 – deel 25

Geschiedenis van Korbeek-Dijle op basis van de gemeenteraadsverslagen vanaf 1836

Vervolg van 8. Engelbert De Greef

De gemeenteraad eveneens bijeengekomen op 5.4.1915 keurt de aansluiting bij de maatschappij “De bevoorrading van Leuven” en de lening van 3.000 fr goed. Maar er wordt voorlopig slechts 360 fr gestort voor de aandelen van de maatschappij en de overige 2.640 fr zullen gebruikt worden tot onderstand van de noodlijdenden en andere dwingende benodigdheden.

Op 7.4.1915 behandelt de gemeenteraad een brief van het hospitaal van Sint-Jans-Molenbeek aan Jan Baptist Lauwens (Poezze) hem verzoekende de onderhoudskosten te betalen van zijn dochter Marie Pauline (°1892) en haar kind. Jan Baptist verklaart deze kosten niet te kunnen betalen.

“Overwegende dat J.B. Lauwens eigenaar is van 4 huizen en 2ha 56a 75ca land en een boerderij van zekere belangrijkheid uitoefent” besluit de gemeenteraad geen tussenkomst te verlenen en de wet strikt toe te passen in geval van weigering om te betalen.

Op 1.7.1915 stemt de gemeenteraad voor een opvolgster van onderwijzeres Philomena Bruynseels (zuster Basilia), ontslaggeefster. Juffrouw Maria Louisa Livens (zuster Rachilda), gediplomeerde onderwijzeres, bekomt 6 stemmen op 6 en wordt aangesteld. Zij zal de gemengde klas bij de meisjesschool leiden. De raad bepaalt haar jaarwedde op 1.100 fr en de vergoeding voor woonst op 150 fr.

Op dezelfde zitting wordt de begroting van het onderwijs voor 1915 opgesteld:

1° voor de jongensschool: 2.919 fr

2° voor de meisjesschool: 4.342 fr

Totaal: 7.261 fr

Het aandeel van de gemeente is 2.067,67 fr. Het alles berekend volgens de nieuwe schoolwet van 19.5.1914.

In de onderwijsbegroting van 1916 zal dat worden:

1° voor de jongensschool: 2.919 fr

2° voor de meisjesschool: 3.999 fr

Totaal: 6.918 fr

Het aandeel van de gemeente bedraagt nu 1.751 fr.

In de onderwijsbegroting van 1917 zal het worden:

1° voor de jogensschool: 3.005 fr

2° voor de meisjesschool: 4.091 fr

Totaal: 7.096 fr

In de onderwijsbegroting van 1918 zal het worden:

1° voor de jongensschool: 3.019 fr

2° voor de meisjesschool: 4.191 fr

Totaal: 7.210 fr

Het aandeel van de gemeente bedraagt dan: 2.218 fr.

In de onderwijsbegroting van 1919 wordt het:

1° voor de jongensschool: 3.119 fr

2° voor de meisjesschool: 3.791 fr

Totaal: 6.910 fr

In zitting van 10.10.1915 voorziet de gemeenteraad in de begroting van 1916 een som van 1.491,71 fr “voor het inrichten van het elektrisch licht” (straatverlichting).

Op 31.10.1915 geeft de raad een eeuwigdurende grafconcessie aan mevrouw Jespers Catherine, handelaarster in Elsene, van 3,6442 m2 op het kerkhof van de gemeente om als begraafplaats te dienen voor de leden van haar familie tegen betaling van 59,47 fr aan de gemeente en een gelijke som aan het Bureel van Weldadigheid.

De familie Jespers heeft een eerder korte maar blijkbaar wel sterke band gehad met Korbeek-Dijle. Een familielid van de concessieaanvraagster, Johanna Amelia Jespers, kwam als 50-jarige weduwe van uit Herent in 1915 in Korbeek-Dijle wonen. Zij had het beroep van “eigenares”, haar overleden man noemde Victor Perdieus en zij had een zoon en twee dochters van respectievelijk 25, 20 en 18 jaar. Zij betrokken het kasteel van Korbeek-Dijle waarin gewezen burgemeester Joseph Honnorez gewoond had tot aan zijn dood in 1912 en diens nicht tot aan haar dood in 1913. De Jespers’en waren de nieuwe eigenaars van het kasteel. Het gezin Perdieus-Jespers had nog een huis op de Waversesteenweg nr. 255 in Elsene waarnaar de zoon vertrok in 1916 en de moeder met de twee dochters in 1921. Zij hebben dus amper zes jaar in Korbeek-Dijle gewoond. En toch was de familie Jespers in 1920 de schenkster van een vlag aan de Fanfare Sint-Cecilia, vlag die enkele jaren terug mooi werd gerestaureerd en als een relikwie wordt bewaard.

Op 19.12.1915 – het was toen oorlog - behandelt de gemeenteraad een brief van de Procureur des Konings aangaande de goede inrichting van de gerechtelijke politie in de gemeente. Het gaat over het opmaken van het volgende politiereglement:

Art. 1. Het verkeer, bij nachte, op de openbare wegen en velden, zonder wettige redenen, of zonder voorafgaande toelating van de Burgemeester of van de schepen met de politie gelast, is streng verboden van 10 u ’s avonds tot 5 u ’s morgens.
Art. 2. Ten einde het personeel der gerechtelijke politie onzer gemeente te versterken, zal er een wacht ingericht worden, die dag en nacht zal rondgaan, om alzo de gerustheid der inwoners te verzekeren.

Art. 3. De overtredingen van bovengemelde schikkingen zullen gestraft worden volgens de wetten van lokale politie.

Na een certificaat van geestesziekte afgeleverd door dokter Cappuyns beslist het college op 31.1.1916 Joseph Vandenplas (1869-1931), landbouwer, vrijgezel, zoon van Petrus Josephus Vandenplas en Maria Philomena Cammaerts, te doen plaatsen in het verzorgingstehuis Sint-Amadeus in Mortsel.

Een dochter van Petrus Josephus Vandenplas en Maria Philomena Cammaerts, Seraphina Vandenplas, trouwde met Frederik De Greef (Frei va Lienes). Zij waren de ouders van Victor De Greef (Torre Paal).

(wordt vervolgd)

Cyriel Letellier