God is goed voor mij.
Hij was soms voelbaar aanwezig.
Hij leerde me hoe ik me geven moest.
Ik zou leven voor anderen.
Ik mocht me niet afvragen
of het iets zou uithalen.
Ik moest volhouden
ook al zou nooit iemand
dank komen zeggen.
Hij toonde me
hoe Hij de zon liet schijnen,
ook als de mensen in de schaduw kropen.
Hij liet me de bomen zien,
die zomaar hun vruchten gaven,
zonder te vragen wie ze zou opeten.
Hij wees me naar de graankorrel
in moeder aarde, die sterven moest
zonder ooit de aar te zien.
Ik voel, dat God van me houdt
vandaag en alle dagen van mijn leven.
Hij houdt van me als ik leef.
Hij houdt van me als ik sterf,
omdat Hij me dan voorgoed
in Zijn armen neemt.
Dat is mijn troost en mijn zekerheid.
Er kan mij niets gebeuren.
Voor alles dankbaar.
Uit het boek Kijk naar de zon! samengesteld door Peter Ausloos