Vanden Eynde Theofiel
(de Witte Virs, later Bompa)
° Korbeek-Dijle 28.5.1891 + Korbeek-Dijle 26.10.1966
Zoon van Jan Baptist Vanden Eynde (Jan Latoer) en Maria Virginia (Virs) Buekenhoudt
Broer van Marie (x Joseph Massant), Fin (x Jozef Letellier, den Bels), Guillaume (Lammeke, de Zoër), August (Juske), Engelbert (de Prins), Vica (x Adolf Beersaerts, Nolleke Kwint) en Joseph (de Zwore)
Theofiel Vanden Eynde trouwde na de oorlog, op 18.10.1919, met Celine Vanderwegen (Lin van de Koe). Zij kregen een zoon, Jan, en later een kleindochter, Elvire.
Milicien van de lichting 1911, met onbepaald verlof op 6.5.1913
Soldaat bij de 4de Legerdivisie, 10de Linieregiment, heropgeroepen vanaf 24.7.1914
Hij werd erkend als zijnde 54 maanden aanwezig aan het front, van 1.8.1914 tot 31.1.1919
Geen verwondingen opgelopen, niet invalide
Ontslagen uit het leger op 15.8.1919
Vereerd met 8 frontstrepen
Vuurkruis
Oorlogskruis met palmen
IJzerkruis
Herinneringsmedaille
Overwinningsmedaille
Vandenplas Guillaume
° Korbeek-Dijle 10.4.1888 + Oud-Heverlee 27.6.1969
Zoon van Jan Baptist Vandenplas (Janneke Plas) en Theresia Sevenants. Hij was fabriekswerker.
Trouwde met Elisa Antonetta Kahn uit Oud-Heverlee. In maart 1914 gingen zij in de Putstraat wonen, in het huis waar later Mie Taune zou wonen. Hun zoontje geboren in februari 1914 (in Oud-Heverlee) overleed in november 1914 (in Oud-Heverlee) toen Guillaume al aan het front was. Tijdens de oorlog is Elisa Antonetta waarschijnlijk terug bij haar ouders gaan wonen in Oud-Heverlee, Blokkenstraat nr.2. Na de oorlog is ook Guillaume naar daar verhuisd. Zij kregen er nog drie kinderen.
Jan Baptist Vandenplas (Janneke Plas) (1840-1908) was een broer van Willem Jozef Vandenplas (Kreulle) (1843-1915). Janneke Plas woonde waar nu Karel Goossens woont, op Ormendaal, en Kreulle woonde in het huis dat er naast stond, in het verlengde ervan, tegen de straat.
Kreulle was de vader o.a. van Victor Vandenplas (de vader van August (Plaske) en Edmond (Kaube)), van Moke en Stin die in het ouderlijk huis bleven wonen, en van biersteker Jan Kreulle in Egenhoven.
Oud-strijder Guillaume Vandenplas was dus een kozijn en van Victor Vandenplas, van Moke en Stin, en van Jan Kreulle.
Milicien van de lichting 1909
Soldaat 2de klas bij het 1ste Regiment Artillerie
Op 1.8.1914 wederopgeroepen
Wijze van dienen: zeer goed
43 maanden in “Vuurkaart”-eenheden (= doorgebracht aan het front) waar hij altijd blijk gaf van moed en toewijding
Geen kwetsuren opgelopen
Op 26.11.1918 overgeplaatst naar het 1ste peloton stationspersoneel
Op 15.5.1919 gedemobiliseerd
Vereerd met : 8 frontstrepen
Oorlogskruis met palm
IJzerkruis
Vuurkruis
Bijkomende Palmen
Ridder in de Orde van Leopold II met zwaarden
*
* *
Ik heb Guillaume Vandenplas in Korbeek-Dijle niet meer gekend en uiteraard ook zijn vader Janneke Plas niet, geboren in 1840 en reeds overleden in 1908. Maar door een oud straatrijmpje van Ormendaal kon ik hem nog perfect lokaliseren. Het rijmpje ging als volgt:
Goëdde mei zaa Ronzjei
‘k Em paën in m’n derme zaa Van Erme
Me kaume ze teige zaa Vanderweige
Ze moken uile fars zaa den Dars
’t Es een ieël bende zaa Vanden Ende
Z’em allemool ne stek zaa Ve Neck
Kom me kroëpe achter ’t kaëngke zaad Aëngke
G’et zeiker schrik zaa Rik
En ’t leste kwam Kreulle en Janneke Plas nog zie wat er was.
Ik vertel wat meer over de acteurs in dit straattoneel van rond 1900.
Petrus Rongé (Piër va Kui) (1869-1939), de grootvader van Susanne Wauters en de overgrootvader van Danny Rongé (x Sonja Vanderveken) en Alain Rongé (x Nancy Vanderveken). Piër va Kui hield café in “het huizeke van halfweg” langs de Broekweg, halfweg voor de mensen van Neerijse die naar Leuven stapten.
Hieronder een foto van “het huizeke van halfweg” in het jaar 2003.
Petrus Rongé was een kozijn van mijn grootmoeder Christina De Van en de dooppeter van mijn vader Jozef Letellier.
In het versje kan de beginacteur ook de vader van Petrus Rongé zijn geweest, Jacobus Rongé (Kaube Kui) (1834-1915). Vergelijk met de levensperiode van Van Ermen hieronder.
Petrus Henricus Van Ermen (1831-1911) was afkomstig van Neerijse en waarschijnlijk een oom van Ludovicus Van Ermen (1863-1935) die op de Kleinebroekstraat woonde en ook van Neerijse kwam. Ludovicus Van Ermen was getrouwd met Maria Coleta Bruggemans, een zus van de Mère-broers: Georges, Charel, Victor, Jef en Jules Bruggemans.
Petrus Henricus Van Ermen was de schoonvader van Jozef Vanderstappen (de Schoen) (1862-1938). Deze laatste trouwde achtereenvolgens met twee dochters van Van Ermen. Zij woonden waar later Rik, Teppe en Stakke Schoen woonden.
Wordt vervolgd