Gelezen In Tertio Van 24 April 2013
1.Op 17.4.2013 overleed Tiny Muskens die bisschop van Breda was van 1994 tot 2007. Hij was 77 jaar. Zijn bekendheid dankt hij ondermeer aan de uitspraak dat het de arme is toegestaan een brood te stelen. Ook heeft hij zich meermaals kritisch uitgelaten over het verplichte priestercelibaat.
2.Groep KVLV heet voortaan ‘Ons’. De nieuwe vlag waaronder het netwerk van welzijnsorganisaties en diensten vaart, dient “nog meer te symboliseren dat de organisatie staat voor warme zorg”, volgens een zegsvrouw. Bovendien verdwijnt nu de verwarring met de gelijknamige vrouwenvereniging, die eigenlijk een deelorganisatie is. Tot het netwerk behoren onder meer de vzw’s Landelijke Thuiszorg en Landelijke Kinderopvang.
3.‘Wetenschap helpt ons geloof te ontwikkelen’
Uit een vraaggesprek van Joris Delporte met Frans Vanistendael
God heeft de wereld geschapen. Dat gelooft Frans Vanistendael (KU Leuven) oprecht. Wel heeft de vooruitgang in de wetenschappen naar eigen zeggen zijn beeld van de scheppingsdaad beïnvloed. De emeritus hoogleraar fiscaal recht en gewezen decaan van de faculteit rechtsgeleerdheid heeft naar aanleiding van zijn 70ste verjaardag een selectie van zijn artikelen, gedichten en lekenpreken (als actief parochiaan uit Linden) gebundeld in het boek 70 een balans.
Frans Vanistendael stelde zijn academische expertise onder meer ten dienste van de Belgische hoge raad voor financiën, de OESO en het IMF. Tussendoor was deze onvermoeibare jurist ook actief als advocaat.
In uw woonplaats Linden nemen leken het voortouw na het vertrek van de vorige pastoor. Een groepje parochianen waartoe u behoort, preekt om de beurt. Staat deze aanpak model voor de basiskerk van de toekomst?
“Mijn medeparochianen en ikzelf nemen gewoon onze verantwoordelijkheid als leken. Nu gaat nog enkele keren per maand een priester voor in de mis. Maar ook de andere weken functioneert alles behoorlijk dank zij onze inbreng. De modelsituatie blijft evenwel een parochiegemeenschap waarin een pastoor leeft in verbondenheid met de gelovigen. De grootste uitdaging van de Lindense oplossing bestaat erin aansluiting te vinden met de volgende generatie. Leken die zich in onze parochie engageren, zijn niet meer piepjong en de aanwas van jongeren is erg beperkt.”
Wat is uw indruk van paus Franciscus?
“Zijn start is bemoedigend. De manier waarop hij zich als hoofd van de kerk presenteert, juich ik zeker toe. Toch ben ik vooral nieuwsgierig naar de antwoorden die hij mogelijk formuleert op de geloofsvragen waarmee de westerse intelligentsia worstelt. Ik twijfel of de paus straks echt een diepgaande dialoog zal voeren met de gelovige twijfelaars en sceptici. En dat zou misschien geeneens een kwestie van onwil zijn. Zelfs voor een groot intellectueel is het moeilijk om de juiste antwoorden te formuleren op diepe geloofsvragen als hij zelf nooit zijn geloof fundamenteel in twijfel heeft getrokken.”
Is uw geloof ooit aan het wankelen gegaan?
“Tijdens mijn studies filosofie in de jaren ’60 heb ik grote vraagtekens bij mijn geloofsovertuiging geplaatst. Ook ben ik later tijdens kortere periodes als het ware op automatische piloot katholiek geweest. Intussen heb ik gelukkig bevredigende oplossingen gevonden voor de intellectuele geloofsvraagstukken, al zijn onderweg enkele traditioneel religieuze voorstellingen in mijn geest gesneuveld.”
Welke beelden heeft u losgelaten?
“Onze dogma’s zijn louter menselijke voorstellingen van een goddelijke werkelijkheid. Aangezien wijzelf niet God zijn, schieten die voorstellingsvormen per definitie tekort. Sommige godsdiensten zoals de islam verbieden zelfs God uit te beelden. Dit roept een fundamentelere vraag op: maken we deel uit van de ‘una sancta’, de enige ware godsdienst, of berusten alle tradities op varianten van eenzelfde verhaal? Persoonlijk vind ik dat het christendom de meest ware godsdienst is voor de westerse mens, maar andere overtuigingen zijn ongetwijfeld eveneens waardevol.”
Hoe verhouden geloof en wetenschap zich naar uw gevoel?
“De wetenschap helpt ons het geloof te ontwikkelen. Zo houd ik vast aan het geloof dat God de wereld heeft geschapen, maar wetenschappelijke inzichten hebben mijn beeld van die scheppingsdaad uiteraard beïnvloed. Een ouder voorbeeld van diezelfde ontwikkeling is het geneeskundige inzicht dat melaatsheid geen straf voor zonden betekent. Die correctie van een fout denkbeeld hebben wij niet te danken aan theologie, maar aan de medische wetenschap. Eenzelfde evolutie verwacht ik ook rond homoseksualiteit. Wetenschappers leren ons dat deze geaardheid in relatie staat tot onze fysiologische constitutie. Dit inzicht dwingt ons homoseksualiteit door een andere moraalfilosofische en theologische bril te bekijken.”
“Ach, de geloofstraditie bevat zeker ongerijmdheden. Maar wie zich louter laat leiden door de ratio botst ook op onverklaarbare fenomenen. Gelovigen vergeten vaak dat wetenschappers ook twijfelen. Uiteindelijk berust het geloof op een keuze. We dienen ons fundamentele vragen te stellen om daarna al dan niet de sprong te wagen.”
Wie uw redenering doordenkt, verwacht dat u voorstander bent van een burgerlijk homohuwelijk.
“Toch niet. Het huwelijk heeft een specifieke symbolische lading waarbij man en vrouw elkaar trouw beloven en samen openstaan voor kinderen. Een homoseksueel koppel heeft juridisch zeker evenveel recht zijn liefdesband te bekrachtigen. Daarvoor de heteroseksuele symboliek gebruiken, vind ik evenwel een brug te ver, tenzij je aan het burgerlijke huwelijk geen enkele symbolische betekenis meer hecht.”
Welke rode draad loopt door de homilieën die u uitspreekt?
“De lezingen herformuleer ik om de boodschap voor onze tijd te onderlijnen. Bij die oefening laat ik theologische bronnen bewust links liggen. Ik reflecteer liever zelf over hoe de oude wijsheid vandaag toepasbaar is.”
Welke actuele betekenis ontdekt u in het paasmysterie?
”Dat verhaal plaatst ons vooral voor open vragen. Wat betekent eeuwigheid? Hoe is het leven na de dood? In mijn persoonlijke voorstelling hebben wij in het hiernamaals een speciale band met God, maar welke concrete vorm die relatie aanneemt, weet ik uiteraard niet.”
Laten velen niet na om hierover ten gronde na te denken?
“Ik heb ook die indruk. Fundamentele levensvragen worden vaak ontweken. Daarin verschilt menige tijdgenoot weinig van onze voorouders die het geloof zomaar hebben aangenomen op het gezag van de pastoor. Die manier van leven is ook best comfortabel. Tenminste tot je uit dit comfort wordt gerukt door gezondheidsproblemen, ongelukken of het naderende levenseinde.”
Zeker in de preken en gedichten geeft u zichzelf bloot. Heeft dat moed gevergd?
“Ik stel mezelf kwetsbaar op. Zoveel openheid over geloof pakt soms negatief uit voor een carrière. Collega’s bekijken je plots met andere ogen. Daarom is het eenvoudiger om deze stap nu te doen dan twintig jaar geleden. Negatieve reacties vanuit mijn professioneel netwerk zouden me nu minder deren. En misschien heb ik ook stilaan een leeftijd bereikt waarop een mens een zinvolle boodschap kan doorgeven.”