Honnorez Clement
° Korbeek-Dijle 25.2.1884 + Amersfoort (Nederland) 3.12.1914
Zoon van Alfred Honnorez en Josephine Fagot.
Getrouwd met Antonette Rondou van Oud-Heverlee. Zij kregen samen vier kinderen, één zoon en drie dochters. Het jongste kind werd geboren in maart 1914.
Clement Honnorez had als loteling van de klas 1904 op 13.6.1904 het nummer 144 getrokken en werd ingelijfd als milicien.
Op 12.10.1904 trad hij in actieve dienst als soldaat bij het 9de Linieregiment.
Op 29.9.1906 met onbepaald verlof.
Op 23.5.1907 opnieuw onder de wapens.
Op 21.6.1907 met onbepaald verlof.
Op 1.10.1912 bij de Reserve geplaatst.
Op 1.8.1914 wederopgeroepen bij het 9de Linieregiment.
Clement Honnorez was een van de 33.146 Belgische soldaten die na de val van Antwerpen klem geraakt waren tussen het oprukkende Duitse leger en de Nederlandse grens en gevlucht waren naar het neutrale Nederland. De Belgen werden ontwapend in Nederland en ondergebracht in tentenkampen, o.a. in Harderwijk en in Zeist. Clement Honnorez was geïnterneerd in het kamp van Zeist.
De levensomstandigheden in Zeist waren zeer slecht. Ze hadden geen riolering, wat wel erg onhygiënische toestanden veroorzaakte, het eten was er ronduit slecht en in de kantine werden woekerprijzen gevraagd. Er was de kou in de niet verwarmde tenten, terwijl de Nederlandse bewakers wel over verwarmde slaapplaatsen konden beschikken.
De geïnterneerden werden in Zeist ook gedwongen – overigens tegen de internationale regels in – om te werken en het ongenoegen bij de Belgen groeide er uit tot opstandigheid. De bom barstte toen drie Belgische militairen gesnapt werden toen ze in burgerkleding het kamp hadden willen ontvluchten en door de Nederlandse bewakers opgesloten werden.
Hun kampgenoten eisten woedend hun vrijlating en plunderden de kantine toen ze hun zin niet kregen. De opstand escaleerde de volgende dagen en bereikte een hoogtepunt op 3 december 1914, toen het niet bij schelden bleef (“Kaaskoppen!”, “Schiet maar, Kwattasoldaatjes!”). Er werden stenen gegooid naar de Nederlandse bewakers, die inmiddels met geweren klaar stonden en dreigden te schieten.
De bevelvoerende luitenant gaf opdracht om met scherp te schieten op de opstandelingen. Achttien gewonden en acht doden, onder wie Clement Honnorez, vielen er bij de Belgen. Hun makkers vluchtten in paniek weg en een ijzige stilte daalde neer over het kamp. De gewonden werden overgebracht naar het ziekenhuis in Amersfoort, de acht doden begraven op het katholieke kerkhof van het vlakbij Zeist gelegen Soesterberg. Achteraf werden zes van hen, onder wie Clement Honnorez, herbegraven op het Belgisch Militair Ereveld op het kerkhof van Harderwijk, waar ze nog altijd rusten. Een foto van het graf van Clement Honnorez werd mij bezorgd door het gemeentebestuur van Harderwijk.