woensdag 20 augustus 2008

Weerspreuk: Sint-Bartholomeus

24 augustus: Is Sint-Bartel schoon,
Dan draagt de herfst een gouden kroon.
Sint-Bartholomeus (patroonheilige van Korbeek-Dijle)
Hij werd bij zijn marteldood levend gevild. In de Sixtijnse kapel schilderde Michelangelo hem met zijn huid neerhangend als een handdoek. In de dom van Milaan verrijst hij als een anatomisch model, de afgestroopte huid om de heupen gezwierd. Later is alleen nog een onderarm ontveld, en sedert de neogotiek loopt hij geheel gekleed met een vildersmes tussen de vingers. De kerkgangers verdragen steeds minder. Als patroon van alle beroepen in het huidenvak (looier, leerbewerker, schoenmaker, bonthandelaar) heeft de naamgever van Bartje een reputatie op te houden, maar een solide historische basis ontbreekt daaraan. Hij was een van de twaalf apostelen, vermoedelijk degene over wie Christus zei: ‘Waarlijk een Israëliet in wie geen bedrog is.’ Hij volgde zijn meester trouw zonder zelf op de voorgrond te treden. Volgens de traditie verkondigde Bartholomeus het geloof in Perzië, Indië en Armenië, waarna hij de marteldood onderging in een stadje aan de westkust van de Kaspische Zee. Meer weten wij niet. Misschien omdat zijn werkterrein zó ver van de eerste christelijke centra af lag, dat tijdingen maar te hooi en te gras binnenkwamen.Zijn relieken belandden op het eilandje Lipari voor de Italiaanse kust. Na een overval van Arabische zeerovers moesten ze in de negende eeuw worden overgebracht naar een stad in het binnenland, Benevento. Rond het jaar 1000 echter bouwde de Duitse keizer Otto III in Rome een kerk voor de nieuwe heilige Adalbert, met wie hij bevriend was geweest, en in de gerechtvaardigde vrees dat de Romeinen niet hard voor Adalbert zouden lopen, wilde hij die kerk met een extra attractie verrijken: het gebeente van Bartholomeus. Hij dwong de domheren van Benevento, hun kostbare bezit aan hem over te dragen. Sindsdien ligt de apostel dus in Rome … dat is te zeggen: zodra keizer Otto dood was, riepen de domheren triomfantelijk dat zij hem een valse set botten in handen hadden gestopt. De echte bezaten ze nog. Het conflict sleepte eeuwenlang voort, tot de paus in 1740 ten einde raad verklaarde dat beide steden de relieken van Bartholomeus deelden. Sindsdien is iedereen tevreden.
(Uit Alle Heiligen van Wim Zaal)
C.L.