woensdag 8 augustus 2018

HET SINT-STEFANUSRETABEL

Week 2018-32 - Retabel Brochure 10001

De kerk van Korbeek-Dijle bezit een kostbaar laat-gotisch snijaltaar dat de geschiedenis van Sint-Stefanus voorstelt. Stefanus was diaken en de eerste martelaar van de jonge kerk.

Op 28.7.1522 werd het retabel door pastoor Egidius (Gillis) Stevens besteld bij schilder Jan Vander Cautheren in Leuven. De aanleiding tot deze opdracht was drievoudig:

- Sint-Stefanus is een van de twee patroonheiligen van de parochie

- Sedert de middeleeuwen bezat de kerk van Korbeek-Dijle belangrijke relieken van deze heilige, en talrijke scharen bedevaarders werden er door aangetrokken

- De pastoor had waarschijnlijk door zijn naam “Stevens” een bijzondere sentimentele band met de heilige Stefanus, alias Sint-Steven.

Veertien dagen voor Kerstmis van hetzelfde jaar 1522 werd het retabel kant en klaar geleverd.

Het retabel omvat een middenstuk uit houtsnijwerk en twee kleine en vier grote zijluiken.

1 . Het middenstuk of eigenlijke retabel

Bestaat uit houtsculpturen die taferelen voorstellen uit het leven van Sint-Stefanus. Schilder Jan Vander Cautheren besteedde dit werk uit aan houtsnijders.

De passer die voorkomt op de zijwanden van de kist wijst op de Brusselse herkomst van het houtsnijwerk.

In de periode 1858-1859 werd het retabel gerestaureerd door de gebroeders Goyers uit Leuven. De beschildering en het verguldsel werden vernieuwd. Aan dit verblijf in Leuven is het te danken dat het retabel niet vernield werd in de kerkbrand van 22 september 1858.

Van links naar rechts zien we volgende vijf taferelen:

1° Aanstelling en wijding van Stefanus tot diaken door de apostelen

2° Stefanus houdt een begeesterde toespraak tot de orthodoxe joden van de Hoge Raad in Jeruzalem, waarbij hij hun verweet de wet van Mozes uitsluitend naar de letter toe te passen en Jezus van Nazareth te hebben afgewezen.

3° Midden boven: de Drie-Eenheid in de rede van Stefanus: ‘Ik zie de hemel geopend en de mensenzoon aan de rechterhand van de Vader’. Dat was een godslastering voor de joden.

Midden centraal: Zij hielden hun oren dicht, begonnen luid te schreeuwen, stormden als één man op hem af, sleurden hem de stad uit en stenigden hem.

Midden linker benedenhoek: De getuigen legden hun kleren neer bij een jongeman, die Saulus heette en die instemde met de moord. Saulus zal na zijn spectaculaire bekering op de weg naar Damascus de latere apostel Paulus worden.

4° Stefanus is na zijn steniging ten gronde gezegen. Zijn lichaam wordt weggenomen door zijn vrienden, onder wie rabbi Gamaliël, in het geheim een volgeling van Christus en latere leermeester van Paulus.

5° Het gouden reliekschrijn, of de kroning en verering van Stefanus.

2 . De voorkant van de geschilderde zijluiken
Deze zijn gewijd aan de vinding en de overbrenging van de relieken van Sint-Stefanus. Het verhaal situeert zich rond het jaar 400 na Christus. Hierover bestaan talrijke bronnen, o.a. de brief die aan priester Lucianus wordt toegeschreven en de “Legenda aurea” (de Gulden Legende ) van Jacobus de Voragine.

1° Boven links: Gamaliël verschijnt op een nacht aan priester Lucianus en openbaart hem de plaats waar het gebeente van Sint-Stefanus begraven ligt
2° Boven rechts: Gamaliël verschijnt aan bisschop Joannes van Jeruzalem, die de toelating zal geven tot ontgraving.
3° Eerste paneel links: De ontgraving heeft plaats onder toezicht van Lucianus. Drie kerkvorsten, waaronder de bisschop van Jeruzalem, treden zingend nader, voorafgegaan door twee diakens. Op de achtergrond de stad Jeruzalem. Rechts boven het interieur van de Sionkerk in Jeruzalem waar Stefanus aartsdiaken was gewijd. De vergulde kist met het lichaam van Sint-Stefanus bevindt zich op het altaar. Een knielende bisschop en priester Lucianus vormen de erewacht.

Vooraan pastoor Egidius Stevens.

Naast de pastoor zien we het monogram (I.C.) van schilder Jan Vander Cautheren

4° Tweede paneel links: stelt de overbrenging van Sint-Stefanus’ lichaam naar Constantinopel voor.

Constantinopel was het vroegere Byzantium en het latere (nu) Istanbul.

Een zekere senator Alexander bouwde te Jeruzalem een kerk, gewijd aan Sint-Stefanus, waarin de relieken van de heilige werden ondergebracht. Bij zijn dood werd de senator, op zijn verzoek, bijgezet naast het lichaam van Sint-Stefanus. Acht jaar later wenste zijn vrouw het lichaam van haar man te laten overbrengen naar Constantinopel.

Per vergissing wordt Sint-Stefanus’ lichaam ingescheept in plaats van dit van de senator.

Als het schip in volle zee is gekomen gebeuren er vreemde dingen: duivels verschijnen rond het schip om het te vernietigen, en het dreigt in een hevige storm te zullen vergaan.

Terwijl de matrozen beefden van angst verscheen de Heilige Stefanus en sprak tot hen: ‘Vrees niets, ik ben met u’. Plots werd alles rustig en de boot kon ongestoord zijn koers verder zetten naar Constantinopel.

5° Eerste paneel rechts van het middenstuk

Intussen was men zich bewust geworden van de vergissing bij de inscheping.

In opdracht van de keizer biedt Constantinopel Sint-Stefanus’ lichaam een luisterrijke ontvangst. De keizer zelf en ook de bisschop zijn aanwezig.

De tot het christendom bekeerde en in Constantinopel verblijvende keizer van het Oost-Romeinse Rijk Theodosius II (was keizer van 408 tot 450) verzocht zijn dochter, prinses Eudoxia die te Rome verbleef en door de duivel bezeten was, naar Constantinopel te komen om er de relieken van Sint-Stefanus aan te raken. Maar de demon in haar riep: ’Als Stefanus niet zelf naar hier komt ga ik niet weg van hier’. Daarop werd met de goedkeuring van de geestelijkheid en van het volk een overeenkomst bereikt met de paus om de relieken van de Heilige Laurentius, die te Rome werden bewaard, te ruilen voor die van de Heilige Stefanus.

Op weg van Constantinopel naar Rome werd aangelegd te Capua, alwaar de inwoners het voorrecht kregen de rechterarm van de heilige te bewaren in een daarvoor speciaal gebouwde kerk. Daarna werd het lichaam van de martelaar verscheept naar Rome waar de relieken in de kerk van ‘San Pietro in vicoli’ zouden worden ondergebracht. Op de weg daarheen moesten de dragers echter stoppen, daartoe gedwongen door een mysterieuze macht. Het was opnieuw de demon in prinses Eudoxia die riep: ‘Stefanus wil rusten naast zijn broeder Laurentius’.

Week 2018-37 - Retabel Brochure 60001

6° Uiterst rechts paneel

Daarom werd Stefanus naast Laurentius gelegd in de crypte van de kerk waar zij halt hadden gehouden. Bovenaan het paneel ziet men de geknielde keizer Theodosius II en zijn dochter Eudoxia die van de duivel was bezeten. De prinses raakt de kist aan en terstond verlaat de duivel (afgebeeld als een kleine draak) het lichaam van de prinses. Toen de Griekse geestelijken daarop het lichaam van Laurentius wilden meenemen werden zij ter aarde gegooid en zij stierven enkele dagen later. Ook hoorden de aanwezigen een stem uit de hemel die sprak: ‘Gelukkig zijt gij Rome dat gij in dezelfde tombe de lichamen van zowel Laurentius als Stefanus moogt bewaren!’.

Week 2018-38 - Retabel Brochure 70001

2 . De achterkant van de geschilderde zijluiken

Stelt wonderbare tussenkomsten voor van Sint-Stefanus bij ziekte en dood.

Hierover bestaan geen geschreven bronnen, maar waarschijnlijk gaat het om wonderen die zich in Korbeek-Dijle zelf hebben voorgedaan.

1° Boven links

Een vrouw strijkt met een pluim helende balsem (Sint-Stefanusolie) aan de borst van de neergezeten vrouw, die op wonderbare wijze geneest.

Week 2018-39 - Retabel Brochure 80001

2° Boven rechts

Een andere vrouw geneest eveneens op wonderbare wijze van een etterende wonde aan het been.

Week 2018-40 - Retabel Brochure 90001

3° Eerste paneel links onderaan

Een zwaar ziek of overleden kind wordt bij het beeld van Sint-Stefanus gelegd en zijn hulp erover afgesmeekt. Het kind geneest of wordt tijdelijk opgewekt uit de dood, voldoende om het doopsel te kunnen ontvangen.

Het kerkje met opengewerkte gevel zou een afbeelding zijn van de toenmalige romaanse kerk van Korbeek-Dijle zoals deze er in 1522 uitzag. In de rechter bovenhoek ziet men een stadspoort, waarschijnlijk een van de stadspoorten van Leuven. In hetzelfde paneel ziet men ook een kerk met een merkwaardige toren met vier hoektorentjes. Waarschijnlijk betreft het hier de Sint-Geertruikerk van Leuven.

Week 2018-41 - Retabel Brochure 100001

4° Tweede paneel vanaf links onderaan

Sint-Stefanus verschijnt zegenend aan het sterfbed van een ongelovige die zich bekeert. De stervende houdt een kaars in zijn handen.

Bemerk in de hand van Sint-Stefanus één van de stenen waarmee hij werd gestenigd.

Week 2018-42 - Retabel Brochure 110001

5° Derde paneel

Een zieke met een doek om het hoofd wordt naar de kerk gebracht. Verder ziet men dezelfde persoon geknield voor het altaar met het beeld van Sint-Stefanus.

Week 2018-43 - Retabel Brochure 120001

6° Vierde paneel

Een vrouw in haar kraambed heeft zopas een levenloos kind ter wereld gebracht. Twee andere vrouwen proberen haar te troosten. Onderaan ziet men de vroedvrouw met het levenloze kind in haar armen. De vroedvrouw brengt het kind naar de kerk voor het beeld van Sint-Stefanus en hier wordt het kind door de voorspraak van de heilige tot leven gewekt.

Week 2018-44 - Retabel Brochure 130001

Als voornaamste stijlkenmerken van het retabel noteren we: zijn verhalend karakter, zijn individualisering van personages en zijn opentrekken van gebouwen. Het geheel doet gotisch en zelfs archaïserend aan.

Het retabel is van groot documentair belang. Het geeft een uitzonderlijk beeld van de materiële cultuur van de late middeleeuwen op gebied van meubilair, kledij, geboorte, ziekte en dood.

Vooral de achterzijde heeft een buitengewone betekenis. Het voorgestelde kerkgebouw is ongetwijfeld geïnspireerd op de toenmalige kerk van Korbeek-Dijle.

Het Sint-Stefanusretabel van Korbeek-Dijle is één van de zeldzame overblijvende kunstwerken van die aard.

Sinds 2015 werd het opgenomen in de lijst van het roerend cultureel erfgoed van de Vlaamse Gemeenschap (Topstukkenlijst).