woensdag 8 november 2006

1957, het jaar dat er in Korbeek-Dijle niemand stierf

Krantenartikel van januari 1958 (bewaard door Philippe Claeskens)

KORBEEK-DIJLE, HET GEZONDE BRABANTSE DORP

Sinds november 1956 werd er geen graf meer gedolven

"Zij leefden lang en kochten vele kinderen". Deze slotzin uit vele vroegere boeken kan gelden als de geschiedenis der laatste jaren van het Brabantse dorpke Korbeek-Dijle bij Leuven dat het sedert de jongste oorlog moet stellen met één klok. Dat gaat daar best alzo, want sedert veertien maanden heeft daar de doodsklok niet meer moeten luiden.

De mensen van Zoetenaaie zullen er wellicht niet verbaasd om zijn, daar het bij hen een "rariteit" is dat er iemand sterft. Maar zij zijn daar goed geteld met nog geen drie dozijn...

En Korbeek-Dijle telt toch 720 inwoners die wel eens ziek worden, valling en A-griep krijgen, maar die niet sterven. Op 30 november 1956 overleed er de 75-jarige boer Frans Van Neck uit de Ormendaalstraat... en sedertdien - dat is nu al veertien maand geleden - moest grafmaker Emiel Vranckx op zijn werk geen verlof meer vragen voor een begrafenis.

Wij wilden er het fijne van weten en trokken dezer dagen naar het schilderachtige dorp in de Dijlevallei, want wij wilden van de dokter weten hoe het toch mogelijk is dat Pietje de Dood daar maar steeds voorbijgaat.

Vergeefs hebben wij naar de dokter gezocht, want het dorpje van boeren en werkvolk die de kost winnen op het land en in de fabrieken en burelen te Leuven en te Brussel... is geen dokter rijk... Die zou daar zeker moeten gaan stempelen!

Bij burgemeester Marcel Devijver klopten wij dan aan, maar ook hij kon ons het schone geheim van zijn gezonde gemeente niet verklaren. Vele mensen zijn er nochtans oud: Jan Crabbé, de medestichter van de koninklijke fanfare Ste Cecilia, die voor de maand mei een groots festival plant, is er 69; Frans Vermeulen, de voorzitter van de C.O.O., is er 81; Jan Maginelle, de onvolprezen "suisse" in de St Stefanuskerk, gaat naar zijn 76.

De Stefanuskerk - een peperkoekenkerkje met witte randen van massepijn - gaat trots op het merkwaardig retabel naar gotische opvatting in hout gesneden, dat gelukkig aan de kerkbrand vóór 1860 kon ontsnappen. Deze eerste martelaar der christenheid zit er met ere op de troon. Zijn officie van de H. Steph. op 2e Kerstdag biedt gelegenheid tot de jaarlijkse winterkermis. Ligt daarin misschien het geheim van de "onsterfelijkheid" te Korbeek-Dijle? Van het ene jaar in het andere stappen er de mensen al kermissende, en het bier, gedronken op elkaars gezondheid, is er als de wonderbare levens-elixir.

Of is "de man met de zeis" bang de benen te breken op de staatsbaan Leuven-Overijse - een holleweg gelijk - waarvoor de minister al zoveel geld heeft beloofd maar nog geen cent gaf? Die oude heirweg, wij kunnen hem niet anders noemen, heeft voor het dorp alleen het voordeel dat vele wielerkoersen op weg naar Brussel er voorbijkomen om toch een stukje lastige baan onder de fietswielen te hebben. De sportieve mikroob heeft aldus het dorp aangestoken; want terwijl Henri Vermeulen het doel van Daring Leuven gaat verdedigen, werd de eigen voetbalclub Korbeek-Dijle Sport terug in het leven geroepen en zo rept de jeugd haar benen op het grasveld nabij de Dijle, die momenteel uitgebaggerd wordt, langsheen de spoorweg Leuven-Ottignies.

Dat het pompstation der waterbedeling voor Mechelen op het grondgebied ligt, dat 't dorp in oorlogstijd steeds gevechtslinie is en nu nog als echt "maneuverterrein" doorgaat, laat boeren en witloofkwekers onverschillig, die in hun oude huizen als wonderlucht ademen en niet willen weten van nieuwbouw.

Zij voelen zich goed en gezond waar zij zijn in de buurt van de Zoete Waters te Oud-Heverlee waar geen fabriekswalmen het landelijk leven verpesten en waar in het afgelopen jaar toch alweer 18 kinderen geboren werden , tot genoegen van pastoor Lievens, die zoals ieder toch liever een wieg ziet dan een graf en meer houdt van doop- dan van lijkplechtigheden.

Even kalm als de Dijle, vloeit het leven voort in dit Brabants dorp, waar het kerkhof rond de kerk vooralsnog gesloten blijft.Wij willen hopen, dat het zo nog lang moge blijven.

Tot zover het krantenartikel, met het nodige voorbehoud voor talrijke amusante "dichterlijke vrijheden" van de auteur. Bijvoorbeeld: Frans Van Neck was bijna 81 jaar toen hij stierf in 1956, Jan Crabbé was begin 1958 in zijn 89ste levensjaar, de doelwachter van Daring Leuven zal wel (Henri) Maurice Meulemans geweest zijn, in het doopregister van 1957 staan maar 12 doopsels en tijdens het schooljaar 1962-1963 zaten er maar 10 kleuters geboren in 1957, in de kleuterklas bij zuster Natalis.

Cyriel Letellier