woensdag 10 oktober 2018

Gelezen in TERTIO van 26 september 2018: “Ervaring van God-Schepper opent deur voor God-Vader”

Uit een vraaggesprek van Sylvie Walraevens met Guy Martinot.

Vijftig jaar geleden ontdekte jezuïet Pierre van Stappen de ruïne van het uitgestorven bergdorp La Viale in de meest Spartaanse streek van Frankrijk: de Lozère. De moeizame heropbouw schonk leven aan een village de prière waar sinds 1968 27.000 zoekers de weldaad proefden van natuurschoon, soberheid, handenarbeid, stilte, gebed en gemeenschapsleven. Vandaag leidt Guy Martinot de gemeenschap.

Guy Martinot (1935) is jezuïet en medebroeder van La Viale-stichter Pierre van Stappen. Hij was jarenlang hoogleraar Sociologie aan de UCL. Martinot is een “Vialois” van het eerste uur en sinds de dood van Van Stappen referent van alle sites van de gemeenschap. Als bezinningsbegeleider – op 83-jarige leeftijd staat de teller op meer dan 700 jeugdretraites – zette hij talloze jongeren op de sporen.

Zet de ervaring van authenticiteit jongeren uiteindelijk op het spoor van de religieuze ervaring?

“Van de bijna 27.000 jongeren en volwassenen die La Viale bezochten, is slechts 2 % pratikerend gelovig. Jongeren verwerpen alles, ook het beeld van God als Vader – ze kennen de zwakten van hun ouders te goed. Daarom moet je niet beginnen met God de Vader, zelfs niet spreken over God, maar hun de ervaring van God-Schepper aanreiken: de pure avondlucht, de indrukwekkende sterrenhemel, de oerkracht van het vuur bij een bosbrand, de wassende rivier tijdens de overstromingen, de groei van de kastanjebomen, de rotsformaties… Plots ervaren ze dan het geluk klein te zijn en overweldigd te worden. In het gewone leven heerst concurrentie om de sterkste, de rijkste, de mooiste te zijn. De ervaring van God-Schepper gooit hun innerlijke leven volledig om: ze zijn niet langer het centrum van de wereld waar al het bestaande in dienst van staat.”

La Viale herstelt vaak waardevolle tradities in eer. Getuige daarvan ook jullie laatste bouwproject: een begijnhof in Brussel. Hoe werd die vervlogen woonvorm een innovatief pastoraal experiment?

Begijnhoven zijn in vele opzichten inspirerend. Ze hebben een aantrekkelijke architectuur: bescheiden maar harmonieus, met mooie binnentuinen en kerken. Bovendien waren zij in het verleden een interessant sociaal project. Door de oorlogen bleven veel vrouwen alleen achter, zonder een noemenswaardige plaats in de middeleeuwse samenleving. Zij hebben zichzelf georganiseerd en gemeenschappen gevormd, met een zekere onafhankelijkheid ten opzichte van de bisdommen en de kerk. Het begijnenleven kende economische activiteiten zoals kantklossen en had dagelijkse gebeds- en mistijden. Niet zelden vond men er ook een vorm van mystieke waanzin.”

“Dat alles – behalve de mystieke buitenissigheid – kenmerkt ook ons begijnhof: een evangelische groepswoonvorm, die we zonder enige subsidie bouwden om onze vrijheid te vrijwaren. In steden sterven jaarlijks veel mensen in totale eenzaamheid. Dat raakt mij diep en vormde de aanzet voor ons project. Een begijnhof is een dorp in het midden van de stad waar mensen elkaar kennen en solidair leven, terwijl ze volop profiteren van het stadsnetwerk. Voor jonge gezinnen is het bovendien moeilijk een betaalbare woning te vinden. Daarom hebben wij twintig financieel toegankelijke wooneenheden gebouwd. ’s Morgens delen we het ochtendgebed en het ontbijt. Voorts helpen de bewoners elkaar en verzorgen ze de mis, onder andere met een koor. Ze vangen ook enkele vluchtelingen op. De Béguinage Viaduc ademt dezelfde geest als de andere plekken van La Viale: het warme menselijke contact, de soberheid en het kosteloze en hun organische ontwikkeling.”

Jullie verdiepen de christelijke traditie, maar onderhouden tegelijk een jarenlange relatie met moslims. Waarom?

“Onze band met de islam is niet institutioneel, maar vriendschappelijk. Een van onze beste vrienden, priester en vredesactivist Paolo Dall’Oglio, die in Syrië door IS werd ontvoerd en wellicht gedood, pleitte ervoor vooral aandacht te hebben voor de bescheiden pratikerende moslims, hun eerlijke geloof en hun overgave aan God. Net zoals wij in La Viale, bidden zij driemaal per dag en ze vasten jaarlijks. Het zijn mensen met een enorme gastvrijheid. Hun nederige geloof is pure genade voor het Westen dat zich in rijkdom en egoïsme verliest. Ik geloof sterk in de these van Paolo dat er genade schuilt in de ontmoeting met die gewone gelovigen, die niets te maken hebben met het terrorisme – hun schaamte, hun verdriet?”