woensdag 9 mei 2012

La Tendre Guerre

Cursiefje van Frans De Maeseneer

Dat woord komt uit de derde strofe van een chanson van Jacques Brel. Zijn lied heet: les vieux amants,
de oude geliefden. In de bewuste derde strofe zingt hij dus van een tedere oorlog tussen geliefden. Dat is mooi. Dat is wijs. De mens die zoiets zingt en schrijft, heeft veel geleefd. Zeker weten. Hij zal ook mensen ontroeren.

Liefhebben is dus een tedere oorlog volgens Jacques Brel. Volgens al de Jacques en volgens al de Brels die ooit op aarde bewust hebben geleefd. Ze hebben allemaal gelijk: liefhebben is een tedere oorlog. Het doet me denken aan een Amerikaanse psychologe die over het huwelijk een boek schrijft na vele jaren ervaring met gehuwde ‘patiënten’. Haar titel is: ‘intieme vreemden’. Voor mijn part mogen deze twee woorden op elkaar worden gelegd. Aan de ene kant: liefhebben is een tedere oorlog. Aan de andere kant: geliefden zijn intieme vreemden. Het is vreemdheid en oorlog enerzijds, tederheid en intimiteit anderzijds. Het affectieve leven van de mens hinkt blijkbaar op dit dubbele been: tederheid en geweld.

Wanneer ik nu luister naar de honderden deuntjes over liefde, kom ik geen geweld tegen en geen oorlog. Het is allemaal intiem en teder. Volgens onze Jacques en die Amerikaanse psychologe zijn onze vele deuntjes dus niet juist. Het zijn te zeer liederen in één toon. Eentonig dus. Eenstemmig ook… terwijl liefde precies altijd tweestemmig behoort te zijn. En daar begint nu het probleem: tweestemmig zingen is moeilijker dan zingen in één stem. Als twee mensen zingen in terts, in quart of in quint, dan zijn er vele kansen om zowel de andere als zichzelf, als elkaar uit evenwicht te brengen. Sorry voor dit muzikale intermezzo, maar het is eigenlijk nog niet zo mis. In het samenleven van geliefden is dat het cruciale punt: zingen ze een duet of is hun duet ook een duel? Welnu, elk duet is een duel. Dixit Jacques Brel.

Dat geheim heeft een diepe grond: liefhebben gaat niet vanzelf, verliefdheid komt vanzelf. Liefde is van een andere orde. In de liefde wordt gevochten. In de liefde wil de één overwinnaar zijn en/of zijn slag thuishalen. Dan wordt de ander verliezer en/of gedood. Ofwel capituleert de één voor de drang en de aandrang van de andere. Daarmee zitten ze in het schema van de oorlog. Geliefden spelen stratego. Daarmee komen ze echter nog niet tot vrede. Iets als tederheid of intimiteit moet de vrede mogelijk maken. Dat is het eigenlijke (twist)punt. Mensen kunnen namelijk winnen of verliezen, en dat ook verdragen als ze leren geloven dat hun eigen passie en hun drift - dat zijn ook oorlogstermen - rust en vrede, beaming en bevrediging zoeken. Bij de andere.

Tussen geliefden is de (be)vrede(ging) van kapitaal belang. Welnu, vrede is altijd een besluit na de oorlog. Vrede is een overwinning op de geweldpleging die ons van nature zo dierbaar is: ieder mens wil zichzelf zijn ten koste van de andere. Het moge een wonder heten als dit proces van geweld tot berusting komt. Het is het grote en zalige compromis van het leven. Hoeveel tijd en moeite het ons heeft gekost, mag de bekende Joost weten. Jacques Brel heeft dus een mooi lied gemaakt. Oorlog en tederheid hebben elkaar nodig.

Als de tederheid uiteindelijk maar overwinnen mag.