dinsdag 15 juni 2010

Een God, Drie Religies – Deel 8

Vandaag laten we Herman Frijlink verder aan het woord over het christendom
Het christendom is evenals het jodendom en de islam van oudsher een bron van bittere disputen op het scherp van de snede over wat nu wel en niet de ware leer zou zijn. Het verschil tussen orthodox en niet-orthodox is inherent aan de geschiedenis van de godsdiensten. De vroeg-christelijke kerkelijke gezagsdragers trachtten de voortdurende bedreiging van de eenheid te bezweren door middel van kerkelijke vergaderingen, synodes of concilies geheten. Op die manier legden ze vast welke boeken wel en niet in de Bijbel hoorden en legden ze de inhoud van het christelijke geloof vast door zich af te zetten tegen afwijkende denkbeelden van minderheden in de geloofsgemeenschap, daarmee niet zelden het vuur van de onvrede aanwakkerend.
In 732 stopten de christenen onder aanvoering van Karel Martel de uitbreiding van de islam in het Westen door de slag bij Poitiers te winnen. Daarna drongen ze de islam geleidelijk aan terug tot ze, in dit geval de christelijke Spaanse koningen, in 1492 het laatste moslimbolwerk Granada veroverden.
In het Oosten trachtten de christenen terrein te winnen door met behulp van zogenaamde kruistochten het Heilige Land en vooral Jeruzalem te veroveren.. Uiteindelijk lukte dat niet. Integendeel. De islam breidde zich uit over de Balkan door veroveringen van de Turken. Zij kwamen pas in 1529 tot stilstand voor de poorten van Wenen.
In de vroege middeleeuwen groeide het gezag van de kerk in Europa onstuitbaar, vaak ten koste van dat van de vorsten. De paus van Rome werd zo machtig dat hij in conflict kwam met de patriarch van Constantinopel, omdat deze het gezag van de Romeinse paus niet accepteerde. Dit leidde in 1054 tot een breuk in de christelijke geloofsgemeenschap, waarbij de oosters-orthodoxe kerk zich afscheidde. In het Westen ontstond daardoor de katholieke kerk.
In de volgende eeuwen bleven er in het Westen voortdurend bewegingen opduiken die zich verzetten tegen de leer van de kerk en het gezag van de paus, of het nu de Hussieten, de Albigenzen of de Katharen waren. De Katharen leven voort in het woord ketter. De katholieke kerk bestreed deze bewegingen te vuur en te zwaard. Dat verhinderde niet dat gelovigen bleven protesteren tegen misstanden in de kerk, zodat het in de 16de eeuw toch tot een scheuring kwam. Deze religieus-politieke revolutie staat bekend als de Reformatie en stond onder leiding van mensen als Maarten Luther en Johannes Calvijn.
De Reformatie en de bestrijding ervan door de katholieke kerk gingen gepaard met veel oorlog en ellende in heel Europa. Sindsdien is het christendom in het Westen gesplitst in het protestantisme en het katholicisme. Het protestantisme in het Westen heeft zich verder opgesplitst in steeds kleineren eenheden, hoewel de religieuze verschillen voor buitenstaanders klein en minimaal zijn of onbegrijpelijk. Daarnaast zijn er groeperingen die streven naar hereniging.
Het christendom heeft vorm gegeven aan de Westerse beschaving en heeft zich, met vredige en gewelddadige middelen, verspreid over de hele wereld.