woensdag 5 december 2007

Mathilde Vanderveken

Vandaag richten we de spots op Mathilde Vanderveken. Mathilde werd geboren te Neerijse op 15.6.1923. Zij trouwde met Jules Van Geel (°Korb.D.1924/+Leuven 1989). Samen exploiteerden zij een landbouwbedrijf in Korbeek-Dijle. Mathilde en Jules hebben drie kinderen en acht kleinkinderen.


De ouders van Mathilde waren: Frans Vanderveken (Frans Krebber) (°Korb.D.1888/+Neerijse 1972) en Marie Verwinnen (Neerijse 1886/+Neerijse 1946), landbouwers te Neerijse. Zij hadden zes kinderen.

Haar grootouders: Isidoor Vanderveken (Dorre Krebber) (°Neerijse 1874/+Neerijse 1960) en Marie Debontridder (°Korb.D.1871/+Neerijse 1905). Naast Frans hadden Isidoor en Marie ook een dochter: Maria Vanderveken, die later trouwde met René Van Asbroeck.
Marie Debontridder was nog geen 34 jaar toen zij overleed begin 1905. Isidoor Vanderveken hertrouwde met Theresia Hendrickx uit Blanden. Isidoor en Theresia waren landbouwers op Langerode. Samen kregen zij geen kinderen meer.
Haar overgrootouders: Jan Baptist Vanderveken (°Neerijse 1837/ +Neerijse 1912) en Coleta Lurquin (°Blanden 1839/+Neerijse 1916). Hierbij een foto uit de oude doos van Jan Baptist en Coleta.



Coleta was de tweede vrouw van Jan Baptist. Met zijn eerste vrouw, Elisabeth Barbara Vanpée, had Jan Baptist twee kinderen, en met Coleta vijf, waarvan de eerste twee, een tweeling, als baby overleden. Isidoor was de enige zoon in het gezin. De jongste, Clemence, trouwde met Louis Debontridder (Lewie den Bonte) uit Korbeek-Dijle, de broer van Marie Debontridder. Jan Baptist en Coleta waren landbouwers en herbergiers op Langerode.

Haar betovergrootouders: Guilielmus Vanderveken (°Neerijse 1807/+Heverlee 1864) en Maria Catharina Crabbé (°Neerijse 1799/+Neerijse 1855).

Haar oud-ouders: Jan Baptist Vanderveken (°Neerijse 1775/ +Neerijse 1842) en Anna Maria Jacobs (°Oplinter 1772/+Neerijse 1862).

Haar oud-grootouders: Joannes Vanderveken en Maria Anna Vandereedt.

Volgen we nu eens de stamreeks Verwinnen van Mathilde.

Op 30.4.1802 trouwden te Bertem, vóór burgemeester Philippe Stroobants, Alexien Verwinne en Thérèse De Roy. Alexien was 25 jaar, vondeling, en geboren te Brussel in 1777. Hij was dagloner en woonde in Bertem. Zijn bruid, Thérèse De Roy, 24 jaar, woonde eveneens in Bertem maar was geboren in Haren in 1778. De huwelijksdatum, 30 april 1802, werd toen niet als dusdanig genoteerd door de gemeentesecretaris. Deze schreef, zoals het hoorde: 10 floréal de l’an 10 de la République française. Maar het huwelijksregister van Bertem vertoont hier een merkwaardig verschijnsel: de tien koppels die trouwden na 20 ventôse en vóór 30 prairial van het jaar 10 (na 11 maart en vóór 19 juni 1802) trouwden allemaal op 10 floréal (30 april), of werden tenminste allemaal zo ingeschreven. Merk op: 30 april is de 50ste dag na 11 maart en de 50ste dag vóór 19 juni. Was dat manipulatie van de gemeentesecretaris? Wou hij absoluut 10 trouwende koppels hebben op 10 floréal van het jaar 10? Floréal was echter niet de tiende maar de achtste maand van de republikeinse kalender. Rare vaststelling, waarvoor ik geen verklaring heb. Ik ben nog gaan kijken in het parochiaal huwelijksregister van Bertem van 1802. Dit bracht helemaal geen oplossing, want in dezelfde periode is daar door pastoor Lamal maar één huwelijk ingeschreven en dan nog op 18 mei. Alexius Verwinne en Theresia De Roy, noch de negen andere koppels van 10 floréal, komen er in voor. Onze mensen waren toen een beetje de pedalen kwijt. Vóór de Franse Revolutie bestond alleen het kerkelijk huwelijk. Met de revolutie voerden de Fransen het burgerlijk huwelijk in en tegelijk verboden zij de pastoors die weigerden de eed van trouw aan de republiek af te leggen, hun priesterambt uit te oefenen. Pastoor Lamal was waarschijnlijk een eedweigeraar want hij was Bertem moeten ontvluchten om niet aangehouden te worden. Voor de kerk trouwen was dus niet eenvoudig, en vele koppels zagen de noodzaak er niet van in om na het burgerlijk huwelijk ook nog eens kerkelijk te trouwen. In 1802 trouwden er in Bertem 21 koppels voor de wet en slechts zes voor de kerk. Vijf koppels onder hen trouwden zowel voor de wet als voor de kerk. Vier onder hen eerst voor de kerk en dan voor de wet. In de rustigere jaren nadien werden vele burgerlijke huwelijken met jaren vertraging kerkelijk bekrachtigd.
Thérèse De Roy overleed te Bertem in 1836 en Alexien Verwinne eveneens te Bertem in 1849. Alexien en Thérèse waren de betovergrootouders van Mathilde.

Hun zoon Jan Baptist Verwinnen (°Bertem 1810/+Neerijse 1879) trouwde te Neerijse in 1841 met Barbara Lahaye (°Neerijse 1809/+Neerijse 1873), de overgrootouders van Mathilde. Zij waren landbouwers.

Jan Baptist en Barbara hadden één van hun zonen naar zijn vader genoemd: Jan Baptist Verwinnen (°Neerijse 1848/+Neerijse 1905). Deze trouwde te Neerijse in 1874 met Maria Coleta Goossens (°Neerijse 1852/+Neerijse 1914). Zij waren de grootouders van Mathilde. Jan Baptist was landbouwer en koopman in beesten. Jan Baptist en Maria Coleta hadden zes kinderen, onder wie:

Marie Verwinnen (1886-1946) die trouwde met Frans Vanderveken (1888-1972), de ouders van Mathilde.

Marie Verwinnen was een nicht van Constant (Stake) Verwinnen (°Heverlee 1894), een gekend veekoopman wonende in Egenhoven.. Zij hadden dus dezelfde grootouders: Jan Baptist Verwinnen en Barbara Lahaye. De ouders van Stake waren: Jean François Verwinnen, geboren in Neerijse, en Jeanne Debroeck, geboren in Heverlee. Stake Verwinnen was een charmeur. Ik herinner mij een uitspraak van hem die hem helemaal typeerde: “Ge moet zjantie (gentil, lief, vriendelijk) zaë oon de joenge juffrave.”

Mathilde, jij komt uit een sterk boerengeslacht en jijzelf hebt je helemaal in het boerenleven ingeleefd. Dat je scherpe geest nog vele jaren in een gezond lichaam mag vertoeven.
Cyriel Letellier